Voorlichten over rijden met epilepsie
De regels
De Regeling eisen geschiktheid 2000 beschrijft de eisen waaraan bestuurders moeten voldoen. Als iemand gezondheidsproblemen heeft, onderzoekt het CBR of hij of zij voldoet aan de geschiktheidseisen. Dus ook mensen die een epileptische aanval hebben gehad. Om dit te bereiken, moeten we onderzoeken of iemand gezond genoeg is om te rijden. We doen dit als mensen hun rijbewijs willen halen, als ze hun rijbewijs willen verlengen en als ze een epileptische aanval krijgen terwijl ze een rijbewijs hebben. Bij iedereen die een epileptische aanval heeft gehad moeten we bepalen of er risico’s zijn in het verkeer. Het is daarom belangrijk dat uw patiënt aan het CBR doorgeeft dat hij of zij een aanval heeft gehad.
Wel of niet rijden na een epileptische aanval
Als een patiënt een epileptische aanval heeft gehad, mag hij of zij een periode niet rijden.
Heeft uw patiënt een auto- of motorrijbewijs (categorie A,B, BE of T)?
- Was het de eerste keer dat uw patiënt een epileptische aanval had? Dan mag hij of zij 6 maanden niet rijden.
- Heeft uw patiënt al vaker een aanval gehad? Dan mag hij of zij 12 maanden niet rijden.
- Bouwt uw patiënt zijn medicijnen af en krijgt hij of zij een epileptische aanval? Dan mag hij of zij minimaal 3 maanden niet rijden.
Afhankelijk van het type aanval, kan de periode dat iemand niet mag rijden anders zijn. Deze uitzonderingen staan in paragraaf 7.2 van de Regeling eisen geschiktheid.
Heeft uw patiënt een groot rijbewijs (categorie C, CE, C1, C1E, D, DE, D1 of D1E)?Voor het besturen van een vrachtauto of bus gelden er strengere regels:
- Was het de eerste keer dat uw patiënt een epileptische aanval had? Dan mag uw hij of zij 5 jaar niet rijden. Heeft uw patiënt 2 jaar na de eerste aanval geen tweede aanval gekregen? En heeft hij of zij in deze periode ook geen epilepsiemedicijnen nodig gehad? Dan kan het CBR na 2 jaar onderzoeken of hij of zij al eerder veilig kan rijden.
- Heeft uw patiënt al vaker een epileptische aanval gehad? Dan mag hij of zij 10 jaar niet rijden. Heeft uw patiënt 5 jaar lang geen aanval gekregen? En heeft hij of zij in deze periode ook geen epilepsiemedicijnen nodig gehad? Dan kan het CBR na 5 jaar onderzoeken of hij of zij al eerder veilig kan rijden.
Periode voorbij? Patiënt vult de Gezondheidsverklaring in
Na een epileptische aanval mag uw patiënt een periode niet rijden. Krijgt uw patiënt in deze periode geen epileptische aanval? Of krijgt hij of zij alleen eenvoudig partiële aanvallen, myoclonieën die geen invloed hebben op het rijden of epileptische aanvallen tijdens de slaap? Dan meldt uw patiënt dit bij het CBR door het invullen van een Gezondheidsverklaring via Mijn CBR. Uw patiënt doet dit meteen nadat de wettelijke aanvalsvrije periode is afgelopen. Uw patiënt ontvangt dan formulieren van het CBR. Een neuroloog moet deze invullen. Het CBR beoordeelt op basis van deze informatie of uw patiënt weer veilig de weg op kan.
Geldigheid van het rijbewijs
Heeft uw patiënt een auto- of motorrijbewijs?
Blijkt uit het onderzoek dat uw patiënt veilig de weg op kan? Dan mag hij of zij weer een rijbewijs aanvragen. Dat rijbewijs is maximaal 2 jaar geldig. Verlengen we het rijbewijs daarna weer, dan is dat maximaal 3 jaar geldig. Als we het rijbewijs na deze 3 jaar weer verlengen, is dat onbeperkt geldig. Zo bekijken we regelmatig of uw patiënt veilig kan blijven rijden. Als iemand een epileptische aanval heeft gehad, staat er wel code 105 op zijn of haar rijbewijs.
Wat betekent code 105 op het rijbewijs?
Als uw patiënt medisch geschikt is om te rijden met epilepsie, krijgt hij of zij code 105 op het rijbewijs. Dit betekent dat uw patiënt privé en beroepsmatig mag rijden, maar dat hij of zij niet beroepsmatig mag rijden als bijvoorbeeld taxichauffeur of rijinstructeur.
Heeft uw patiënt een groot rijbewijs?
Blijkt uit het onderzoek dat uw patiënt veilig de weg op kan in een vrachtauto of bus? Dan is het rijbewijs maximaal 1 jaar geldig. Verlengen we het rijbewijs daarna, dan is dat maximaal 3 jaar geldig. En als we na die 3 jaar het rijbewijs weer verlengen, is dat maximaal 5 jaar geldig.
De precieze regels vindt u in paragraaf 7.2 van de Regeling eisen geschiktheid 2000.
Wel of niet rijden met epilepsiemedicijnen
De meeste medicijnen tegen epileptische aanvallen leveren geen problemen op voor het rijden. Er zijn wel enkele uitzonderingen: de medicijnen fenobarbital, fenytoïne, carbamazepine (bij een dosis van meer dan 600 milligram per dag) en primidon hebben wel invloed op uw rijvaardigheid en kunnen dus gevaarlijk zijn in het verkeer. Uw patiënt mag dan ook niet rijden in het eerste jaar dat hij of zij deze medicijnen gebruikt.
Als uw patiënt deze medicijnen langer dan 1 jaar gebruikt, mag hij of zij wel gewoon rijden. En als uw patiënt minder dan 600 milligram per dag gebruikt van het medicijn carbamazepine, kan uw patiënt ook gewoon rijden. Ook tijdens het eerste jaar dat hij of zij dit medicijn gebruikt. Als iemand medicijnen gebruikt tegen epilepsie, krijgt deze persoon wel altijd code 105 op het rijbewijs. Dit betekent dat uw patiënt geen beroep kan uitoefenen waarbij hij of zij mensen meeneemt in de auto, zoals taxichauffeur of rijinstructeur.
Let op: de regels voor epileptische aanvallen gelden hier ook nog steeds. Dus als iemand langer dan een jaar medicijnen slikt, maar kortgeleden een aanval heeft gehad, mag hij of zij niet rijden. De regels voor autorijden met epilepsie zijn vastgelegd in paragraaf 7.2 van de Regeling eisen geschiktheid 2000.
Op rijveiligmetmedicijnen.nl kunt u kijken met welke medicijnen uw patiënt veilig kunt rijden.
Heeft uw patiënt een groot rijbewijs?
Als uw patiënt een groot rijbewijs heeft, gelden er strengere regels. Als iemand medicijnen tegen epileptische aanvallen gebruikt, mag hij of zij niet in een vrachtauto of bus rijden. Dit geldt ook als uw patiënt al lange tijd geen epileptische aanval heeft gehad.