Hoe werkt de procedure?
Het CBR heeft als taak om te beoordelen of iemand lichamelijk en geestelijk in staat is om een motorvoertuig te besturen. De geschiktheidseisen aan de hand waarvan deze beoordeling plaatsvindt, staan in de Regeling Eisen Geschiktheid 2000.
De REG2000 is een regeling opgesteld door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De minister baseert zich bij het vaststellen van deze eisen op adviezen van de Gezondheidsraad. De Gezondheidsraad kan op zijn beurt weer geadviseerd worden door bijvoorbeeld een landelijke vereniging van een bepaald specialisme. De medisch adviseurs van het CBR zijn uitvoerders van deze regeling.
In de REG2000 wordt in de meeste paragrafen onderscheidt gemaakt tussen het groep 1 en het groep 2 rijbewijs. Groep 1: Categorie A (motor), B (personenauto), BE (aanhanger bij personenauto) en T (tractor). Groep 2: categorie C (vrachtwagen), D (bus) en CE/DE (aanhanger bij respectievelijk vrachtwagen en bus. De eisen voor het groep 2 rijbewijs zijn doorgaans strenger. Voor categorie Am (brommer, en dus ook de scootmobiel) zijn er geen eisen aan de geschiktheid.
De aandoeningen die van invloed zijn op de rijgeschiktheid zijn met name de aandoeningen die afwijkingen of veranderingen geven op de volgende 5 terreinen:
- Zien
- Denken
- Doen
- Bewustzijn
- Middelengebruik/- misbruik (alcohol, drugs en medicatie)
Voor de beoordeling van de geschiktheid tot het besturen van een motorvoertuig heeft het CBR twee procedures. De Gezondheidsverklaringprocedure (vrijwillig) en de mededelingenprocedure (voorheen vorderingsprocedure) (verplicht).
Gezondheidsverklaringsprocedure
Het CBR beoordeelt de rijgeschiktheid op basis van de Gezondheidsverklaring die de burger instuurt. Hierbij kan in sommige gevallen aanvullende informatie nodig zijn in de vorm van een aantekening van een arts of het invullen van het Keuringsverslag. In andere gevallen is een rapport van een medisch specialist noodzakelijk. Het CBR kan naar aanleiding van de informatie in de aantekening van de arts, het Keuringsverslag of het specialistisch rapport eventueel ook nog een rijtest opleggen.
Mededelingenprocedure
In de mededelingenprocedure (voorheen vorderingsprocedure) kan er een verplicht onderzoek opgelegd worden naar aanleiding van bij het CBR ontvangen informatie over een vermoeden van ongeschiktheid van derden. Hierbij wordt betrokkene in verband met de reden van melding verwezen naar een onafhankelijk specialist.
Blijkt uit het specialistisch rapport dat betrokkene tevens bekend is met een aandoening die niets met de melding te maken heeft dan kan er aanvullende informatie opgevraagd worden bij een keurend arts. Voorbeeld: het CBR heeft van de politie een mededeling ontvangen ivm alcoholgebruik in het verkeer. In verband hiermee wordt betrokkene verwezen voor nader psychiatrisch onderzoek. Uit dit onderzoek blijkt dat betrokkene bekend is met diabetes. Naar aanleiding daarvan ontvangt betrokkene een brief met het verzoek de diabetesvragenlijst in te laten vullen door een arts. Dit mag elke arts in Nederland zijn.