1. Het Raamwerk praktijktoetsen code 95
Alleen door het CBR erkende opleidingsinstituten met gecertificeerde praktijktoetsen mogen de Praktische toets en de Toets besloten terrein in het kader van de basiskwalificatie code 95 verzorgen. Het CBR is aangewezen om deze erkenning en certificering af te geven. Daarnaast houdt het CBR toezicht op de uitvoering van de praktijktoetsen. Om hierover duidelijke afspraken te maken heeft het CBR een Raamwerk praktijktoetsen opgesteld, op basis van het Reglement rijbewijzen en de Regeling vakbekwaamheid bestuurders 2012.
In het Raamwerk staat aan welke eisen een opleidingsinstituut moet voldoen om voor een erkenning en certificering in aanmerking te komen. Ook wordt de aanvraagprocedure beschreven. In het toezicht wordt gecontroleerd of het opleidingsinstituut zich bij de uitvoering van de praktijktoetsen daadwerkelijk aan deze eisen houdt. Is dit niet het geval? Dan legt het CBR een sanctie op. De verschillende sancties en de mogelijkheden voor bezwaar en beroep vindt u in dit Raamwerk terug.
Tot slot zijn in dit Raamwerk het verloop van en de toetsmatrijzen voor de Praktische toets en Toets besloten terrein opgenomen.
Het CBR wijzigt het Raamwerk maximaal twee keer per jaar: op 1 januari en op 1 juli. Wijzigingen worden afgestemd met de opleidingsbranche en met werkgevers en werknemersorganisaties, en worden actief naar alle erkende opleiders gecommuniceerd.
Bezwaar op voorgenomen wijzigingen kunnen tot zes weken na publicatie kenbaar worden gemaakt via ccv.certificering@cbr.nl.
2. Aanvraagprocedure
Het opleidingsinstituut doorloopt een aantal stappen voordat het praktijktoetsen kan verzorgen.
-
Allereerst moet het opleidingsinstituut zich inschrijven bij het CBR. In deze inschrijvingsovereenkomst worden algemene afspraken gemaakt, bijvoorbeeld over aansprakelijkheid en het openen van een betalingsrekening bij het CBR. Na afronding van de inschrijving ontvangt het opleidingsinstituut een CBR registratienummer, dat wordt gebruikt om praktijktoetsen en kandidaten bij het CBR aan te melden. Op de CBR website is te vinden hoe een opleidingsinstituut zich bij het CBR kan inschrijven. -
Als stap 1 is doorlopen, dient het opleidingsinstituut een aanvraag in om per rijbewijscategorie een praktijktoets te certificeren voor de basiskwalificatie code 95. Hiervoor worden de aanvraagformulieren gebruikt die op de CBR website zijn te vinden. Via deze formulieren wordt ook meteen de erkenning van het opleidingsinstituut geregeld. Hiervoor is geen aanvullende actie nodig. Bij het aanvraagformulier voor de Toets besloten terrein voegt het opleidingsinstituut een schematische weergave van het terrein toe. -
Het CBR beoordeelt de aanvraag op volledigheid en op inhoud. Voor iedere certificering en locatiekeuring worden kosten in rekening gebracht. Deze kosten worden automatisch afgeboekt van de betalingsrekening die het opleidingsinstituut heeft bij het CBR. De locatiekeuring wordt alleen uitgevoerd als er voldoende saldo op de betalingsrekening staat. De tarieven zijn gepubliceerd in de Staatscourant en staan op de CBR website.Is een certificeringsaanvraag goedgekeurd? Dan ontvangt het opleidingsinstituut hiervan een bevestiging. Vanaf dat moment kan het opleidingsinstituut de praktijktoetsen en de kandidaten aanmelden in TOP internet. Een certificering wordt afgegeven voor vijf jaar. Vóór het aflopen van deze termijn kan het opleidingsinstituut een nieuwe certificering aanvragen. Stap 2 en 3 van de aanvraagprocedure en een eventuele locatiekeuring worden dan opnieuw doorlopen. Ieder opleidingsinstituut kan in TOP internet zien welke certificeringen het heeft en wanneer deze aflopen.
Het CBR publiceert op haar website welke certificeringen aan opleidingsinstituten zijn afgegeven.
Geldigheidsduur
Een opleidingsinstituut wordt voor vijf jaar erkend. Certificeringen voor praktijktoetsen hebben een geldigheid van vijf jaar. Bij iedere certificering die door het CBR wordt afgegeven wordt de erkenning van het opleidingsinstituut automatisch verlengd.
3. Erkenningseisen
Aan het verkrijgen van een erkenning zijn algemene voorwaarden verbonden. Daarnaast moet het opleidingsinstituut voldoen aan een aantal erkenningseisen.
Algemene voorwaarden
- Om als opleidingsinstituut erkend te worden en blijven voor het verzorgen van praktijktoetsen voor de basiskwalificatie code 95, moet het in Nederland staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Staat het opleidingsinstituut niet langer ingeschreven bij de Kamer van Koophandel? Dan trekt het CBR de erkenning per direct in.
- Verzorgt een opleidingsinstituut geen praktijktoetsen meer omdat alle certificeringen verlopen zijn, of kan het opleidingsinstituut niet langer voldoen aan de financiële verplichtingen bij het CBR? Dan trekt het CBR de erkenning per direct in.
- Worden er kandidaten bevoordeeld of benadeeld? Dan trekt het CBR de erkenning per direct in.
- Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat personen die onder haar verantwoordelijkheid werken, denk bijvoorbeeld aan instructeurs, geen verbaal of fysiek geweld gebruiken of daarmee dreigen. Mocht er toch sprake zijn van gebruik of dreiging van fysiek of verbaal geweld, dan trekt het CBR de erkenning per direct in.
- Tot slot zorgt het opleidingsinstituut ervoor dat er voortdurend wordt voldaan aan alle eisen die gelden voor de erkenning en informeert het CBR over wijzigingen die daarop van invloed zijn. Wordt er niet langer aan de eisen voldaan? Dan trekt het CBR de erkenning per direct in.
3.1 Eisen algemeen
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
3.1.a het door het CBR gecertificeerd is voor de afname van praktijktoetsen.
3.1.b de praktijktoets wordt afgenomen volgens de eisen in dit Raamwerk.
3.1.c er een juiste administratie wordt gevoerd.
3.1.d er per toetsafnemer maximaal één kandidaat deelneemt aan de Praktische toets en de Toets besloten terrein.
3.1.e de uitslagformulieren van de praktijktoetsen ten minste twee jaar na de toets op een beveiligde manier bewaard worden. Dit mag digitaal.
3.2 Eisen locatie
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
3.2.a vervallen.
3.2.b de praktijktoets op de in TOP internet aangemelde locatie wordt afgenomen.
3.2.c tijdens het afnemen van de praktijktoets de uitvoering van deze toets niet gehinderd wordt door andere activiteiten op de locatie.
3.2.d de locatie voldoet aan wettelijke veiligheidsvoorschriften.
3.2.e op de locatie of in de directe nabijheid van de locatie een beschutte wachtruimte beschikbaar is, die ten minste is uitgerust met sanitaire voorzieningen.
3.2.f wijzigingen die van invloed zijn op de reeds goedgekeurde locatie dienen direct doorgegeven te worden aan ccv.certificering@cbr.nl.
3.3 Eisen identificatie
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
3.3.a aan het begin van de praktijktoets het wettige en geldige identiteitsbewijs van iedere kandidaat die is aangemeld in TOP internet wordt gecontroleerd. Een buitenlands rijbewijs wordt niet geaccepteerd als identiteitsbewijs.
3.4 Eisen toetsafnemer
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
3.4.a de toetsafnemer kan aantonen dat hij beschikt over een geldige WRM bevoegdheid voor de betreffende rijbewijscategorie en een geldig identiteitsbewijs. De toetsafnemer kan voor de praktische toets C aantonen dat hij beschikt over een geldig ARBO-certificaat voor het gebruik van de EPT.
3.4.b de deskundigheid, integriteit en objectiviteit van de toetsafnemers die de praktijktoetsen afnemen en de kandidaten beoordelen gewaarborgd zijn.
3.5 Eisen toetsmoment
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
3.5.a praktijktoetsen beginnen op de tijd die in TOP internet is opgevoerd. Praktijktoetsen mogen plaatsvinden op:
• maandag tot en met vrijdag tussen 7.00 uur en 22.00 uur en
• zaterdag tussen 7.00 uur en 19.00 uur.
Op zondagen en landelijke feestdagen (met uitzondering van Goede Vrijdag en 5 mei buiten de lustrumjaren om) mogen er geen praktijktoetsen plaats vinden.
3.5.b de kandidaat tijdens het toetsmoment niet onder invloed van alcohol of andere drugs is.
3.5.c het CBR altijd onmiddellijk zonder belemmering een steekproef kan uitvoeren. Kan een steekproef niet of niet volledig worden uitgevoerd door toedoen van het opleidingsinstituut? Dan zijn de kosten voor rekening van de opleider.
3.6 Eisen administratie TOP internet
Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
Voorafgaand aan de praktijktoets:
3.6.a. alle informatie die het CBR vraagt over de praktijktoets, correct en volledig wordt ingevoerd in TOP internet. Het CBR vraagt om de volgende informatie:
- welke praktijktoets er wordt afgenomen.
- hoe laat de praktijktoets begint.
- wat de locatie van de praktijktoets is.
- wie de docent is + het telefoonnummer waarop de docent te bereiken is.
3.6.b praktijktoetsen, uiterlijk 2 dagen van tevoren, worden aangemeld in TOP internet. Tot het einde van de dag voorafgaande aan de toets, kan een praktijktoets geannuleerd worden door de kandidaat van de toets te halen.
3.6.c de gegevens van de kandidaat uiterlijk 1 dag voor de toetsdag correct zijn ingevoerd in TOP internet.
Tijdens de praktijktoets:
3.6.d een niet verschenen kandidaat of een kandidaat zonder wettig en/of geldig identiteitsbewijs binnen 30 minuten na aanvang van de praktijktoets in TOP internet als ‘niet verschenen’ wordt ingevoerd.
3.6.e vervallen.
3.6.f bij het vervallen van een reeds aangemelde praktijktoets, de kandidaats gegevens correct en tijdig worden verwijderd uit TOP internet. Kosten voor het niet of niet volledig kunnen uitvoeren van een steekproef vanwege het niet tijdig verwijderen van een vervallen toets uit TOP internet, komen voor rekening van de opleider.
3.6.g bij sprake van een storing van TOP internet, waarbij de oorzaak bij het CBR ligt, de kandidaat wordt afgemeld per e-mail (CCV.code95.administratie@cbr.nl), onder vermelding van de reden ‘niet verschenen’ of ‘afgebroken’ of ‘voldoende/onvoldoende’. De melding moet binnen 30 minuten na het ontstaan van de situatie zijn doorgegeven.
Na afloop van de praktijktoets:
3.6.h uiterlijk 4 dagen na afloop van de praktijktoets de resultaten (voldoende/ onvoldoende) van alle kandidaten correct zijn geregistreerd in TOP internet;
- als het resultaat, dat het opleidingsinstituut afgeeft aan de kandidaat, afwijkt van de uitslag die door het opleidingsinstituut in TOP internet is geregistreerd, dan geldt de uitslag die bij het CBR staat geregistreerd. Het opleidingsinstituut moet de kandidaat hierover informeren.
- als het resultaat van de kandidaat na de termijn van 4 dagen niet is geregistreerd in TOP internet, zal deze kandidaat automatisch geregistreerd worden als ‘niet verschenen’. Tegen betaling van administratiekosten en overleg van bewijs van aanwezigheid kan het resultaat aangepast worden door onze administratie.
Algemeen:
3.6.i bij gepland systeemonderhoud worden eventuele afwijkende procedures rondom administratie, zoals verwerkingstermijnen, gepubliceerd op TOP internet onder de CCV mededelingen.
3.7 Eisen Praktische toets C1/C
(zie 6.1 Verloop Praktische toets C1 en C)
Voor de Praktische toets gelden de volgende voorwaarden:
3.7.a de toets duurt ± 60 minuten.
3.7.b de toets bestaat uit 11 onderdelen:
- PBM’s
- Lading en rij-eigenschappen
- Laadklep en Laadruimte
- Laad-, los-, span, stuw- en vastzetmaterialen
- Laden, stuwen en vastzetten deel lading
- Illegaliteit en criminaliteit
- Maatregelen bij noodsituaties
- Maatregelen bij gladheid en storingen
- Lossen, stuwen en vastzetten deel lading
- Lossen restant lading
- Afsluiten voertuig.
Alle onderdelen moeten worden getoetst.
3.7.c per onderdeel wordt aangegeven wanneer een onderdeel voldoende is, bij de vragen door te benoemen hoeveel vragen correct moeten worden beantwoord; bij het laden en lossen door te benoemen wat de kritieke punten zijn. De toetsafnemer houdt op de vragenset bij hoeveel vragen de kandidaat correct heeft beantwoord.
3.7.d alle onderdelen waarbij geladen, gelost of gestuwd moet worden, moeten voldoende zijn. Van de overige 7 onderdelen, moeten er tenminste 5 voldoende zijn. Als de eerste 5 theorie-onderdelen voldoende zijn, moeten de laatste 2 onderdelen ook getoetst worden.
3.7.e tijdens de Praktische toets C1/C gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om een ladingcombinatie te bepalen bij de start van de toets, het gegooide cijfer bepaalt ook welke vragenset wordt gebruikt.
3.7.f de vragen worden gesteld gedurende het verloop van de praktische toets gekoppeld aan praktijksituaties. Het is niet de bedoeling dat de vragen voorafgaand aan de toets apart als schriftelijk component worden afgehandeld.
3.8 Eisen Praktische toets D1/D
(zie 6.1 Verloop Praktische toets D1 en D)
Voor de Praktische toets gelden de volgende voorwaarden:
3.8.a de Praktische toets D1/D duurt ± 30 minuten.
3.8.b tijdens de Praktische toets D1/D scoort de kandidaat een voldoende voor een scenario als ten minste twee onderwerpen als voldoende worden beoordeeld.
3.8.c alle getoetste scenario’s moeten voldoende zijn.
3.8.d tijdens de Praktische toets D1/D moet één van de combinaties van scenario’s uit een serie van vastgelegde combinaties worden afgewerkt (zie de combinaties in hoofdstuk 6).
3.8.e tijdens de Praktische toets D1/D kiest de kandidaat zonder te kijken de combinatie van scenario’s.
3.9 Inrichtingseisen Praktische toets C1/C
3.9.a de locatie moet droog en besloten zijn.
3.9.b het bij de Praktische toets C1/C verplicht gebruikte voertuig, de verplichte laadruimte en de verplichte laadklep moeten voldoen aan de volgende omschrijving. Als het voertuig, de laadruimte en de laadklep hier niet aan voldoen, dan kan de toets niet doorgaan.
Voertuig
Een motorrijtuig van de rijbewijscategorie C1 of C met bijbehorend instructieboekje.
Laadruimte (hoeft geen onderdeel te zijn van het voertuig)
- Heeft een diepte van maximaal 4 meter (eventueel te creëren door middel van bijvoorbeeld pallets). Een kunstmatig kopschot dient zo vormgegeven te zijn dat de lepels van de EPT/pompwagen niet voorbij het kopschot kunnen komen.
- Heeft een breedte van maximaal 255 cm.
- Is ingericht om alle benoemde vastzetmiddelen te gebruiken en onderdelen volledig uit te kunnen voeren.
- Is voorzien van een laadklep.
- De laadvloer bevindt zich op een hoogte van ten minste de standaard hoogte van een C1 voertuig (ongeveer 80 cm).
Laadklep
- Over de gehele breedte van de laadruimte.
- Met ten minste een hefvermogen van 1000 kg.
- Die LPK gekeurd is.
- Die is voorzien van “voetprints”.
- Die voorzien is van een hefdiagram.
3.9.c bij de Praktische toets C1/C moet gebruik gemaakt worden van verschillende soorten persoonlijke beschermingsmiddelen (PBMs), lading, laad-los-, vastzetmiddelen en vragensets. Onderstaande samenstelling moet aanwezig zijn. Als niet alle genoemde middelen aanwezig zijn, of als de kwaliteit ervan niet volstaat, dan kan de toets niet doorgaan.
Lading
- Zware lading (250 kg):
- 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
- Gaasboxpallet met een lading van ten minste 250 kg.
- Pallet met opzetranden met een lading van ten minste 250 kg.
- (Euro)pallet (afmeting 80x120) met vaten met een gezamenlijk gewicht van ten minste 250 kg. - 3 kisten/dozen met afwijkende maten:
- Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (hoogte 190 cm, breedte 30 cm, lengte 50 cm). Voorzien van het etiket ‘Deze zijde boven’.
- Een verpakking voor het vervoeren van een flatscreen van minimaal 65 inch. Voorzien van etiket ‘breekbaar’.
- Kist / doos (hoogte 120 cm, breedte 50 cm, lengte 70 cm). - 6 kratten of dozen van 3 verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen):
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg. - Wasdroger.
- 1 Tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm hoog).
- 1 Los vat van minstens 100L met een inhoud van tenminste 50L vloeistof.
- 2 Rolcontainers (1 leeg, 1 ten minste half beladen).
- Diverse behandelingsetiketten.
Hulpmiddelen
Verplicht:
- Steekwagen.
- EPT (Elektronische Pallet Truck) die voldoet aan onderstaande eisen:
- Elektrisch rijden en heffen.
- Voorzien van een noodstop.
- Voorzien van een geldige keuring.
- Met een hefvermogen van minimaal 1000 kg.
- De kandidaat mag tijdens de toets niet op de EPT staan.
Optioneel:
- Handmatige pompwagen.
Vastzetmiddelen (geschikt voor de lading en laadruimte)
- Meerdere spanbanden.
- Meerdere spanstangen en/of meerdere klembalken.
- Antislipmateriaal.
- Vulmaterialen.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
- Veiligheidsschoenen*.
- Reflecterend hesje of jas*.
- Werkhandschoenen**.
- Veiligheidshelm.
- Veiligheidsbril.
- Gehoorbescherming.
* = draagplicht kandidaat en toetsafnemer.
** = draagplicht kandidaat
Zes vragensets
De vragen in de vragensets vallen binnen de eindtermen zoals gesteld in de toetsmatrijs. De zes vragensets zijn uniek, er is geen overlap tussen de verschillende sets. In artikel 6.1 over het verloop van de Praktische toets C1/C zijn bij de verschillende onderdelen voorbeeldvragen opgenomen. Hieronder een voorbeeld-vragenset.
3.9.d bij de Praktische toets C1/C moet de lading in de volgende 6 vaste lading combinaties verdeeld zijn: In iedere ladingcombinatie wordt minimaal 1 stuks lading voorzien van een behandelingsetiket. De ladingcombinaties zijn opgenomen op verschillende vrachtbrieven.
-
• Gaasboxpallet met een lading van ten minste 250 kg.
• Een verpakking voor het vervoeren van een flatscreen van minimaal 65 inch. Voorzien van etiket 'breekbaar'.
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• Wasdroger. -
• 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
• Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (hoogte 190 cm, breedte 30 cm, lengte 50 cm). Voorzien van het etiket 'Deze zijde boven'.
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• 1 los vat van minstens 100 L met een inhoud van ten minste 50 L vloeistof. -
• Pallet met opzetranden met een lading van ten minste 250 kg.
• Kist/Doos (hoogte 120 cm, breedte 50 cm, lengte 70 cm).
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm hoog). -
• (Euro)pallet (afmeting 80 x 120 cm) met vaten met een gezamenlijk gewicht van ten minste 250 kg.
• Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (hoogte 190 cm, breedte 30 cm, lengte 50 cm). Voorzien van het etiket 'Deze zijde boven'.
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• Wasdroger. -
• (Euro)pallet (afmeting 80 cm x 120 cm) met vaten met een gezamenlijk gewicht van ten minste 250 kg.
• Een verpakking voor het vervoeren van een flatscreen van minimaal 65 inch. Voorzien van etiket 'breekbaar'.
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• 1 los vat van minstens 100 L met een inhoud van ten minste 50 L vloeistof. -
• 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
• Kist/Doos (hoogte 120 cm, breedte 50 cm, lengte 70 cm).
• 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
• De dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
- 2 x 2,5 kg.
- 2 x 5 kg.
- 2 x 10 kg.
• 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
• 1 tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm hoog).
3.10 Inrichtingseisen Praktische toets D1/D
3.10.a de locatie moet droog en besloten zijn.
3.10.b het bij de Praktische toets D1/D gebruikte voertuig moet voldoen aan onderstaande omschrijvingen:
Praktische toets D1 | Praktische toets D |
Een in bedrijf zijnde OV-bus, of (mini) touringcar waar voor het besturen een rijbewijs D1 vereist is | Een in bedrijf zijnde OV-bus, (mini) touringcar waar voor het besturen een rijbewijs D vereist is |
Bestemd en geschikt voor het vervoer van ten minste 8 personen en maximaal 16 personen (exclusief de bestuurder) | Bestemd en geschikt voor het vervoer van ten minste 8 personen (exclusief de bestuurder) |
Met een aparte ruimte bedoeld en geschikt voor het veilig neerzetten en vastzetten van bagage (er moet minimaal ruimte zijn voor alle hieronder genoemde hulpmiddelen) | Met een aparte ruimte bedoeld en geschikt voor het veilig neerzetten en vastzetten van bagage (er moet minimaal ruimte zijn voor alle hieronder genoemde hulpmiddelen) |
3.10.c bij de Praktische toets D1/D moet gebruik gemaakt worden van diverse bagagestukken. Onderstaande samenstelling moet ten minste aanwezig zijn tijdens de toets:
Praktische toets D1 | Praktische toets D |
4-6 koffers op 3 verschillende bestemmingen gelabeld, elk beladen met minimaal 5 kg | 6 koffers op 3 verschillende bestemmingen gelabeld elk beladen met minimaal 5 kg |
2 kratten elk beladen met minimaal 5 kg | 2 kratten elk beladen met minimaal 5 kg |
4 dozen van diverse afmetingen elk beladen met minimaal 5 kg | 4 dozen van diverse afmetingen, elk beladen met minimaal 5 kg |
Rolstoel/fiets en/of rollator | Skiuitrusting |
Rolstoel/fiets en/of rollator |
3.11 Eisen Toets besloten terrein C, C1
(zie ook hoofdstuk 7: Scenario’s en toetsmatrijs Toets besloten terrein)
Voor de Toets besloten terrein C, C1 gelden de volgende voorwaarden:
3.11.a de toets duurt 30 minuten. Wanneer de tijd van de toets overschreden wordt, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.11.b tijdens de toets moeten alle elf scenario’s getoetst worden (voor de diverse scenario’s zie hoofdstuk 7).
3.11.c Voorafgaand aan de toets gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om bij de scenario’s 6 en 9 te bepalen welke keuze wordt gemaakt.
3.11.d bij het uitvoeren van de scenario’s benut de kandidaat de aanwezige ruimte naar eigen inzicht.
3.11.e alle elf scenario’s moeten veilig en vloeiend worden uitgevoerd. Wanneer één van de scenario’s onvoldoende wordt uitgevoerd, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd. De kandidaat geeft er in de uitvoering blijk van de bediening van het voertuig en het manoeuvreren van het voertuig in beperkte ruimtes te beheersen, inclusief het omgaan met dode hoeken.
3.11.f tijdens de toets mogen de obstakels P en S, zoals vastgelegd in het grondsjabloon van de Toets besloten terrein, niet geraakt worden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden. Staat S in een voet dan mag deze voet geraakt worden.
3.11.g Bij het manoeuvreren mag het voertuig de randen van het terrein eventueel iets overschrijden.
3.11.h de toets start wanneer de kandidaat het voertuig opstelt op de spiegelafstelplaats.
3.11.i bij de scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop aan de voorzijde moet de kandidaat het voertuig met de voorzijde binnen 1 meter van de eindpositie tot stilstand brengen. Bij scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop aan de achterzijde moet de kandidaat het voertuig met de achterzijde tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie tot stilstand brengen
3.11.j de kandidaat mag uitstappen om de juiste afstand te bepalen.
3.11.k als een Toets besloten terrein vanwege de weersomstandigheden wordt uitgesteld, dan wordt de toets als ‘afgebroken’ geregistreerd in TOP internet. Voor het inplannen van een vervangende toets gelden de volgende uitgangspunten:
- Als de kandidaat de uitgestelde toets aflegt op een moment dat de resultaten van de theorie-examens, praktijkexamens en/of Praktische toets zijn verlopen, dan mag de kandidaat de Toets besloten terrein eenmalig afleggen met de verlopen resultaten
- Als de certificering van de opleider in de tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets verloopt, dan wordt deze certificering eenmalig verlengd.
- De tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets mag niet langer dan 4 weken zijn. Als een eerder uitgestelde toets nogmaals wordt uitgesteld, dan geldt alsnog dat de tijd tussen de feitelijke toets en de nogmaals uitgestelde toets niet langer dan 4 weken mag zijn. Het gaat hierbij om de geldigheid van alle theorie-examens, het praktijkexamen en de Praktische toets, behorende bij het rijbewijs dat de kandidaat wil halen.
3.12 Eisen Toets besloten terrein D, D1
(zie ook hoofdstuk 7: Scenario’s en toetsmatrijs Toets besloten terrein)
Voor de Toets besloten terrein D, D1 gelden de volgende voorwaarden:
3.12.a de toets duurt 30 minuten. Wanneer de tijd van de toets overschreden wordt, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.12.b tijdens de toets moeten zeven scenario’s (voor de diverse scenario’s zie hoofdstuk 7) getoetst worden, waarbij ieder scenario gezien moet worden als een op zichzelf staand geheel. De eindpositie van het vorige scenario is daarom niet noodzakelijk de startpositie van het volgende scenario.
3.12.c tijdens de toets worden alle scenario’s in dezelfde variant uitgevoerd; allemaal over links (A) of allemaal over rechts (B).
3.12.d om te bepalen welke variant door de kandidaat moet worden uitgevoerd (allemaal over links (A) of allemaal over rechts (B)), trekt de kandidaat zonder te kijken een kaart.
3.12.e alle zeven scenario’s moeten veilig en vloeiend worden uitgevoerd. Wanneer één van de scenario’s onvoldoende wordt uitgevoerd, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.12.f tijdens de toets mogen de obstakels, zoals vastgelegd in de lay-out tekeningen van de Toets besloten terrein, niet geraakt worden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden.
3.12.g tijdens de toets mogen de denkbeeldige lijnen in de scenario’s 6 en 7 (aangegeven door middel van een rode lijn) niet worden overschreden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden.
3.12.h de toets start wanneer de kandidaat het voertuig opstelt op de spiegelafstelplaats.
3.12.i bij de scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop moet de kandidaat het voertuig met de achter-/voorzijde binnen een marge van 1 meter van het obstakel tot stilstand brengen.
3.12.j bij de scenario’s 2 en 4 (achteruitrijden met precisiestop) mag de kandidaat maximaal twee keer uitstappen om de juiste afstand te bepalen.
3.12.k als een Toets besloten terrein vanwege de weersomstandigheden wordt uitgesteld, dan wordt de toets als ‘afgebroken’ geregistreerd in TOP internet. Voor het inplannen van een vervangende toets gelden de volgende uitgangspunten:
- Als de kandidaat de uitgestelde toets aflegt op een moment dat de resultaten van de theorie-examens, praktijkexamens en/of Praktische toets zijn verlopen, dan mag de kandidaat de Toets besloten terrein eenmalig afleggen met de verlopen resultaten.
- Als de certificering van de opleider in de tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets verloopt, dan wordt deze certificering eenmalig verlengd.
- De tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets mag niet langer dan 4 weken zijn. Als een eerder uitgestelde toets nogmaals wordt uitgesteld, dan geldt alsnog dat de tijd tussen de feitelijke toets en de nogmaals uitgestelde toets niet langer dan 4 weken mag zijn. Het gaat hierbij om de geldigheid van alle theorie-examens, het praktijkexamen en de Praktische toets, behorende bij het rijbewijs dat de kandidaat wil halen.
3.13 Inrichtingseisen Toets besloten terrein C, C1, D, D1
3.13.a
het voertuig voldoet op onderstaande punten aan de eisen voor examenvoertuigen voor de betreffende categorie:
- de toegestane maximummassa
- de wielbasis
- de lengte
- de breedte
- de vormgeving van de opbouw of huif
- voertuig moet APK gekeurd zijn
3.13.b het deel van het besloten terrein dat voor de toetsen gebruikt wordt is minimaal 55 meter lang en 25 meter breed.
3.13.c om het besloten terrein heen is een (beperkte) veiligheidszone vereist, dit is afhankelijk van de omstandigheden ter plaatse.
3.13.d het terrein is besloten en verhard. (In geval van bijzondere weersomstandig heden (sneeuwval, harde wind) bepaalt het opleidingsinstituut of de toets wel of niet doorgaat.)
3.13.e het terrein is voorzien van een spiegelafstelplaats. (Als de spiegelafstelplaats op een ander terrein is dan waar de overige scenario’s van de Toets besloten terrein worden afgenomen, dan moet de spiegelafstelplaats in de onmiddellijke nabijheid zijn van het terrein en mogen de terreinen niet worden gescheiden door een openbare weg.)
3.13.f voor aanvang van de toets besloten terrein D/D1 is op het terrein zowel de linksom (A) als rechtsom (B) variant klaargezet.
3.13.g op of rondom het terrein mogen geen referentiepunten worden aangebracht met als (kennelijk) doel de kandidaat te ondersteunen bij het uitvoeren van de oefeningen. Een uitzondering hierop vormen herkenningstekens op de ondergrond op de posities waar de hulpmiddelen (zie onder) worden geplaatst. Deze herkenningstekens zijn echter zodanig aangebracht dat ze vanuit de cabine van het examenvoertuig niet opvallend zichtbaar zijn.
3.13.h onderstaande hulpmiddelen moeten ten minste aanwezig zijn tijdens de toets.
Pylonen | Stokken |
minimaal 50 cm en maximaal 75 cm hoog | de hoogte van de stokken moet zijn afgestemd op de hoogte van de spiegel van het voertuig, het is de bedoeling dat de onderkant van de spiegel lager is dan de bovenkant van de stok, zodanig dat de spiegel de stok raakt bij overschrijding van de ruimte |
pylonen moeten zodanig zijn uitgevoerd dat ze bij aanrijding bewegen | bij voertuigen met een camera/monitorsysteem moet de stok tenminste zo hoog zijn als de onderkant van het portierraam |
de stokken moeten zodanig zijn uitgevoerd dat ze rechtovereind blijven staan |
3.13.i
de afmetingen zoals weergegeven op de tekeningen in de scenario’s (zie hoofdstuk 7) moeten worden gehanteerd. Deze zijn gebaseerd op de minimale wielbasis van examenvoertuigen.
3.13.j wanneer een opleidingsinstituut gebruik wil maken van voertuigen met (beduidend) afwijkende afmetingen, dan kan in overleg met het CBR worden gekeken wat de mogelijkheden zijn.
4. Toezicht en sancties
Het CBR ziet erop toe dat de eisen uit dit Raamwerk door de erkende opleidingsinstituten worden nageleefd. Het CBR doet dit onder meer door het houden van onaangekondigde steekproeven en administratieve controles.
Blijkt uit het toezicht dat een opleidingsinstituut zich niet houdt aan de eisen uit dit Raamwerk? Dan legt het CBR een sanctie op.
Bij het opleggen van een sanctie houdt het CBR rekening met de zogenaamde ‘algemene beginselen van behoorlijk bestuur’. Zo worden gelijke gevallen gelijk behandeld. Daarbij is het zo dat de opgelegde sanctie evenredig moet zijn aan de situatie. Bij zware sancties zal dan ook altijd het hele dossier van het opleidingsinstituut worden beoordeeld.
4.1 Sanctiemodel
Constateert het CBR dat een opleidingsinstituut zich niet houdt aan één van de eisen uit dit Raamwerk? Dan wordt dit een overtreding genoemd. Niet iedere overtreding is even zwaar. Om dit onderscheid te maken, is aan iedere overtreding een aantal strafpunten toegewezen. Zo leiden zware overtredingen tot meer strafpunten dan lichtere overtredingen.
Als een opleidingsinstituut een overtreding begaat, dan legt het CBR volgens het sanctiemodel een sanctie op. De sanctie die wordt opgelegd is afhankelijk van de zwaarte van de overtreding en het aantal overtredingen dat het opleidingsinstituut eerder heeft begaan. Daarbij tellen alleen overtredingen mee die de afgelopen 24 maanden zijn begaan.
Het sanctiemodel van het CBR kent twee fases:
Fase 1: Het aantal strafpunten wordt bij elkaar opgeteld om een sanctie te bepalen. In deze fase is het aantal strafpunten dat leidt tot een sanctie voor alle opleidingsinstituten gelijk.
Fase 2: In fase 2 worden opleidingsinstituten ingedeeld in één van de drie categorieën klein, midden of groot. Deze fase is anders dan fase 1: het aantal strafpunten dat resulteert in een bepaalde sanctie is afhankelijk van de categorie waarin het opleidingsinstituut is ingedeeld. Mocht het CBR het voornemen hebben om een erkenning te schorsen of in te trekken, wordt er vanaf het moment van het voornemen 24 maanden terug gekeken. Ook zal het hele dossier van het opleidingsinstituut worden gewogen.
Categoriebepaling opleidingsinstituut
Het indelen van opleidingsinstituten in categorieën vindt plaats op basis van het aantal praktijktoetsen dat het opleidingsinstituut in de afgelopen 12 maanden heeft afgenomen in verhouding tot andere opleidingsinstituten. Als een opleidingsinstituut in fase 2 van het sanctiemodel belandt, dan bepaalt het CBR de categorie waarin het valt. Deze bepaling wordt schriftelijk aan het opleidingsinstituut gecommuniceerd. Er bestaan drie categorieën: klein, midden en groot.
4.2 Strafpunten
Iedere overtreding levert één of meer strafpunten op. Het aantal strafpunten is afhankelijk van de zwaarte van de overtreding. In het onderstaande schema staat hoeveel strafpunten een overtreding oplevert. De overtredingen zijn gekoppeld aan de eisen die in hoofdstuk 3 van dit Raamwerk staan.
1 strafpunt | 2 strafpunten | 3 strafpunten |
Artikel: | Artikel: | Artikel: |
3.1.e | 3.1.b en 3.1.d | 3.1.a en 3.1.c |
3.2.c, 3.2.d en 3.2.e en 3.2.f | 3.2.b | 3.3.a |
3.5.a | 3.4.a en 3.4.b | 3.5.b en 3.5.c |
3.6.a, 3.6.b, 3.6.c, 3.6.f, en 3.6.g | 3.6.d en 3.6.h | |
3.7.a, 3.7.d, 3.7.e en 3.7.f | 3.7.b en 3.7.c | |
3.8.a en 3.8.e | 3.8.b, 3.8.c en 3.8.d | |
3.9.a, 3.9.c en 3.9.d | 3.9.b | |
3.10.a en 3.10.c | 3.10.b | |
3.11.a, 3.11.c, 3.11.d, 3.11.e, 3.11.h, 3.11.i, 3.11.j en 3.11.k | 3.11.b en 3.11.f | |
3.12.a, 3.12.c, 3.12.d, 3.12.e, 3.12.h, 3.12.i, 3.12.j en 3.12.k | 3.12.b, 3.12.f en 3.12.g | |
3.13.b, 3.13.c, 3.13.d, 3.13.f, 3.13.h, 3.13.i en 3.13.j | 3.13.a, 3.13.e en 3.13.g |
4.3 Sancties
Het CBR onderscheidt de volgende sancties:
Sanctie 1. Waarschuwing
Heeft u minstens twee strafpunten behaald? Dan krijgt u een waarschuwing.
Sanctie 2. Waarschuwing met verscherpt toezicht
Bij ten minste vier strafpunten gaat het CBR verscherpt toezicht houden. Dit betekent dat het CBR een extra onaangekondigde steekproef uitvoert. De kosten van deze steekproef zijn voor rekening van het opleidingsinstituut.
Sanctie 3. Waarschuwing met extra verscherpt toezicht
Behaalt u minstens zes strafpunten? Dan houdt het CBR ‘extra verscherpt toezicht’. Dit betekent dat het CBR drie extra onaangekondigde steekproeven uitvoert. De kosten van deze steekproeven zijn voor rekening van het opleidingsinstituut.
Sanctie 4. Laatste waarschuwing fase 1
Na minimaal negen strafpunten krijgt u een laatste waarschuwing in fase 1. Deze laatste waarschuwing in fase 1 bevat drie extra onaangekondigde steekproeven. De kosten van deze steekproeven zijn voor rekening van het opleidingsinstituut. Omdat de eerstvolgende sanctie in fase 2 is, wordt het opleidingsinstituut per brief geïnformeerd in welke categorie het wordt ingedeeld.
Sanctie 5. Verscherpt toezicht fase 2
Na ten minste twee strafpunten in fase 2 komt het opleidingsinstituut in verscherpt toezicht in fase 2. Dit verscherpt toezicht bestaat uit drie onaangekondigde steekproeven. De kosten van deze steekproeven zijn voor rekening van het opleidingsinstituut.
Sanctie 6. Laatste waarschuwing fase 2
Deze waarschuwing is de laatste voordat wordt overgeschakeld naar zwaardere sancties. De laatste waarschuwing bevat drie extra onaangekondigde steekproeven. De kosten van deze steekproeven zijn voor rekening van het opleidingsinstituut.
Sanctie 7. Schorsing erkenning
Het opleidingsinstituut heeft zoveel strafpunten gekregen dat de erkenning geschorst wordt. De schorsing is voor maximaal 12 weken. Na sanctie 7 begint het opleidingsinstituut met een schone lei en wordt het sanctiemodel opnieuw doorlopen.
Sanctie 8. Intrekken erkenning
Haalt het opleidingsinstituut opnieuw teveel strafpunten? Dan wordt de erkenning ingetrokken. De intrekking is niet voor altijd: de termijn van de intrekking wordt per geval bepaald, waarbij uit wordt gegaan van 6 maanden. Na deze termijn moet het opleidingsinstituut opnieuw een erkenning aanvragen.
Horen
Voordat het CBR de erkenning van een opleidingsinstituut schorst of intrekt, gaat het CBR in gesprek met het opleidingsinstituut. Hierna neemt het CBR een besluit tot schorsing of intrekking.
Tussen sancties
Komt het aantal strafpunten uit tussen twee verschillende sancties? Dan krijgt u de sanctie die daaraan voorafgaat, behalve als u deze sanctie al heeft gehad.In dat geval wordt het strafpunt wel toegekend, maar wordt er geen aanvullende sanctie opgelegd. Voorbeeld: u bent met nul strafpunten begonnen en krijgt drie strafpunten. In dit geval wordt sanctie 1 opgelegd. Het resterende strafpunt telt wel mee. Staat u op twee strafpunten en krijgt u één extra strafpunt? Dan wordt niet opnieuw sanctie 1 opgelegd. Wel telt het nieuwe strafpunt mee.
5. Bezwaar en beroep
5.1 Bezwaar
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunt u tegen een besluit tot intrekking of schorsing van een erkenning of certificering bezwaar indienen bij de afdeling Juridische Zaken van het CBR. U moet dit doen binnen zes weken na de dag van verzending van het besluit. In uw bezwaarschrift moet u aangeven waarom u het niet eens bent met de beslissing. Ook moet u een kopie van de beslissing waartegen u bezwaar maakt meesturen. Onderaan de beslissing vindt u informatie over hoe u in bezwaar kunt gaan.
5.2 Geen bezwaar mogelijk
Tegen een waarschuwing (met (extra) verscherpt toezicht) kunt u geen bezwaarschrift indienen, omdat dit geen besluit betreft in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, maar een voorbereidingshandeling.
5.3 Hoorzitting
Als u bezwaar maakt tegen een besluit wordt u uitgenodigd voor een hoorzitting om uw bezwaarschrift mondeling toe te lichten. Dit is op het kantoor van het CBR in Rijswijk. Als u dit wenst kan de hoorzitting ook telefonisch plaatsvinden.
5.4 Schorsende werking
Het indienen van een bezwaar of beroep tegen een besluit heeft geen schorsende werking.
5.5 Beroep
Tegen een beslissing op bezwaar kunt u in beroep bij de rechtbank. Onderstaande beslissing staat informatie over hoe in beroep gegaan kan worden.
6. Verloop en toetsmatrijzen Praktische toets
6.1 Verloop Praktische toets C1 en C
Fase/Onderdeel | Toetsmatrijs | Wettelijke grondslag |
Fase 1: voorbereiding | ||
A. PBM’s | 3.2 | 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
B. Lading en rij-eigenschappen | 1.1 | 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
C. Laadklep en Laadruimte | 1.1, 3.1, 3.2 | 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
D. Laad-, los- span- stuw- en vastzetmiddelen | 1.1, 3.2 | 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
E. Laden, stuwen en vastzetten lading | 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
Fase 2: onderweg | ||
A. Illegaliteit en criminaliteit | 2.1 | 3.2 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
B. Maatregelen bij noodsituaties | 4.2 | 3.5 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
C. Maatregelen bij gladheid en storingen | 4.2 | 3.5 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
D. Lossen, stuwen en vastzetten deel lading | 1.1, 3.1, 3.2 | 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
Fase 3: eindbestemming | ||
A. Lossen restant lading | 1.1, 3.1, 3.2 | 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 3.3 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
B. Afsluiten voertuig | 2.1, 3.1 | 3.2 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG; 1.4, 1.6 Bijlage I richtlijn 2003/59/EG |
Totale tijdsduur: 60 minuten
Indicatieve tijdsverdeling:
- 10 min: administratie, voor- en nagesprek,
- 35 min: laden, lossen, vastzetten (totaal voor alle fases),
- 15 min: aanvullende vragen resterende onderdelen.
Praktische toets C/C1, Fase 1: Voorbereiding
De toetsafnemer ontvangt de kandidaat. Via het gooien van een dobbelsteen wordt de ladingcombinatie/laadbrief bepaald. Het gegooide cijfer bepaalt ook welke vragenset de toetsafnemer gebruikt. Dan starten de kandidaat en toetsafnemer met Fase 1: de voorbereiding op de rit.
-
De toetsafnemer overhandigt aan de kandidaat de betreffende (digitale) CMR laadbrief. De kandidaat gebruikt deze om te kunnen bepalen welke PBM’s hij nodig zal hebben. De toetsafnemer en de kandidaat lopen vervolgens naar het voertuig. De kandidaat pakt onderweg (uit een kast) de juiste PBM’s.
Toetsnorm en beoordeling:
• Behandel 1 PBM
• Stel 3 vragen over het PBM
• Voldoende bij 2 van de 3 vragen correct beantwoordEindtermen PBM’s (te behandelen in de opleiding):
- De kandidaat kan de verschillende PBM aanwijzen en benoemen.
- De kandidaat kan aangeven welke bescherming de PBM biedt.
- De kandidaat kan aangeven wanneer een PBM zijn beschermende functie verliest.
- De kandidaat kan aangeven voor welk doel de afzonderlijke PBM wordt gebruikt.Voorbeeldvragen PBM’s:
- Wanneer kies je ervoor om ze te gebruiken?
- Wanneer is het verplicht?
- Wat zijn de risico’s als je ze niet gebruikt?
- Zijn alle werkhandschoenen overal voor geschikt? Noem eens een voorbeeld.
-
De kandidaat en de toetsafnemer lopen door naar de goederen die verzameld en geladen moeten worden.
Toetsnorm en beoordeling:
• Stel 4 vragen over de lading en 1 vraag over de behandelingsetiketten
• Voldoende bij 3 van de 5 vragen correct beantwoordEindtermen lading en rij-eigenschappen (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan benoemen welke krachten inwerken op een rijdend voertuig.
• De kandidaat kan verklaren welke invloed het zwaartepunt heeft op de stabiliteit van het voertuig.
• De kandidaat kan de versnellingskeuze verklaren voor het wegrijden, het rijden van bochten, hellingen, afdalingen en ten aanzien van de stroefheid van de ondergrond.
• De kandidaat kan verklaren wat het belang is van het een trekkende motor voor een verkeersopgave.
• De kandidaat kan met behulp van de gegevens uit het kentekenregister verklaren wat het maximale laadvermogen is en de maximale as-lasten zijn.
• De kandidaat kan benoemen wat de gevolgen zijn van overbelading en onjuiste belading.
• De kandidaat kan verklaren hoeveel euro-pallets (80 x 120 cm) er kunnen worden geplaatst op de laadvloer.
• De kandidaat kan het volume van de laadruimte berekenen en verklaren.
• De kandidaat kan de meest voorkomende behandelingsetiketten verklaren en benoemen.
• De kandidaat kan de hoogteregeling van de luchtvering bedienen (indien aanwezig) en de functies verklaren.Voorbeeldvragen lading en rij-eigenschappen:
• Wat doet lading met je asdrukken?
• Wat doet lading t.o.v. remweg?
• Waar ligt je zwaartepunt?
• Wordt je remweg langer met volle belading?
• Waarom laad je tegen je kopschot?
• Mag je alle Europallets voorin zetten?
• Ik heb een laadoppervlakte van …. Hoe veel Europallets kan ik meenemen?
• Wat bepaalt de versnellingskeuze voor het wegrijden?
• Bij welke soort lading verplaatst het zwaartepunt?
• Wat is het laadvermogen van dit voertuig?
• Wat is de maximale asbelasting van de stuuras?
• Wat is de betekenis van … etiket?
-
Dit onderdeel start met een gesloten laadruimte. De toetsafnemer vraagt de kandidaat de laadklep te openen. De kandidaat beantwoordt hierover vragen.Toetsnorm en beoordeling:
• Stel 3 vragen over de laadklep en 1 over de laadruimte
• Voldoende bij 3 van de 4 vragen correct beantwoordEindtermen laadklep en laadruimte (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan aangeven welke controle moet worden uit gevoerd aan de laadklep.
• De kandidaat kan aangeven wat de functie is van de afdekklep van de bedieningskast.
• De kandidaat kan de keuringssticker aanwijzen en verklaren.
• De kandidaat kan de massasleutel aanbrengen en verwijderen.
• De kandidaat kan de functie van de massasleutel benoemen.
• De kandidaat kan het hefdiagram van de laadklep verklaren.
• De kandidaat kan een controle van de werking van de laadklep uitvoeren.
• De kandidaat kan aangeven wanneer de laadklep op juiste wijze is gesloten.
• De kandidaat kan aangeven op welke manier het werkgebied kan worden beveiligd.
• De kandidaat kan aangeven wat de functie is van de voetprints op de laadklep.
• De kandidaat kan aangeven welke vastzetmiddelen gebruikt kunnen worden in de betreffende laadruimte.
• De kandidaat kan aangeven aan welke eisen de laadruimte moet voldoen vooraf aan het laden.Voorbeeldvragen laadklep en laadruimte:
• Is de laadklep gekeurd?
• Waar zie je dit?
• Tot wanneer is de keuring geldig?
• Hoeveel mag je heffen?
• Mag de massa sleutel tijdens het rijden in de bedieningskast blijven zitten?
• Moet de afdekklep van de bediening gesloten zijn? Waarom wel/niet?
• Moet de afdekklep op slot zitten?
• Wat zegt jou het lastdiagram?
• Mag ik van de laadklep af springen?
• Geldt de maximale belasting van de laadklep over de gehele laadklep?
• Mag je met de bovenklep open rijden?
• Mag de laadklep een stukje open staan tijdens het rijden?
• Hoe bevestig je de laadklep? Zit er een borging op de laadklep?
• Moet ik mijn laadklep beveiligen/markeren t.o.v. het overige verkeer?
• Hoe doe ik dat?
• Moet je je werkgebied afzetten?
• Als je gaat lossen, waar moet je op letten?
• Waarom staan die voetstappen op de laadklep?
-
De toetsafnemer en de kandidaat lopen naar de span- en stuwmaterialen en hulpmiddelen. De kandidaat beantwoordt hierover vragen. De kandidaat laadt de laadruimte (verplicht gebruikt EPT voor de zware lading). De kandidaat stuwt de goederen en zet de lading vast. De kandidaat sluit de laadruimte gereed voor vervoer.Toetsnorm en beoordeling:
• Behandel 1 hulpmiddel en 1 span- of stuwmateriaal. Stel 2 vragen over elk van deze twee
• Voldoende bij 3 van de 4 vragen correct beantwoordEindtermen span- en stuwmaterialen en hulpmiddelen (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan de diverse span- en stuwmaterialen aanwijzen en benoemen.
• De kandidaat kan aangeven wanneer een (af)dekzeil gebruikt moet worden.
• De kandidaat kan aangeven wat het voordeel is van het gebruik van antislipmatten.
• De kandidaat kan aangeven voor welk doel een span- en stuwmateriaal wordt gebruikt.
• De kandidaat kan een spanbandlabel verklaren.
• De kandidaat kan aangeven wanneer een stuw- of spanmateriaal niet meer voldoet.
• De kandidaat kan aangeven wat het doel is van opvulmateriaal.
• De kandidaat kan aangeven wanneer de lading voldoende is gezekerd.
• De kandidaat kan de controle aan een steekwagen uitvoeren en benoemen.
• De kandidaat kan de controle aan een pomppallettruck uitvoeren en benoemen (optioneel).
• De kandidaat kan de controle aan een elektrische pallettruck uitvoeren en benoemen.Voorbeeldvragen span- en stuwmaterialen en hulpmiddelen:
• EPT: Wat controleer je?
- Accu opgeladen
- Hefvermogen
- Eigen massa
- Werkt het?
- De noodknop
• Steekwagen: Wat controleer je?
- Banden/wielen
- Breuken en scheuren
- Werkt het?
• Spanband: controle en gebruik
- Wanneer mag ik een spanband niet meer gebruiken?
- Hoe veel spanbanden heb ik nodig om de IBC van 250 kg te zekeren?
- Verklaar het spanband etiket
-
Toetsnorm en beoordeling:
Dit onderdeel is onvoldoende als:
• De lading niet deugdelijk is vastgezet en gestuwd;
• Er zich tijdens het laden en/of vastzetten onveilige situaties voordoen;
• De kandidaat een waarschuwing krijgt om persoonlijke of materiele schade te voorkomen;
• De kandidaat de controle over de lading verliest.
Eindtermen
De kandidaat is in staat om in relatie tot de te vervoeren lading:
• Hulpmiddelen op juiste wijze te gebruiken.
• Een juiste keuze en gebruik te maken van klem- en vastzettechnieken (sjorringen, klemstangen, rekken, antislipmatten, sjorbanden e.d.).De kandidaat is in staat om maatregelen te nemen waarmee fysieke risico’s tijdens de werkzaamheden worden beperkt:
• Juiste manier van in- en uitstappen en betreden van de laadruimte.
• Tillen met rechte rug.
• Tijdens het tillen van de lading door de knieën buigen.
• Gebruik maken van tilhulpmiddelen.
• Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.Aandachtspunten
• Het onderdeel begint en eindigt met een gesloten laadklep.
• De EPT staat gezekerd in de laadruimte.
Praktische toets C/C1, Fase 2: Onderweg
-
De kandidaat beantwoordt vragen over illegaliteit en criminaliteit.Toetsnorm en beoordeling:
• Stel 3 vragen over dit onderwerp
• Voldoende bij 2 van de 3 vragen correct beantwoordEindtermen illegaliteit en criminaliteit (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan de veiligheidsmaatregelen benoemen voor wat betreft de cabine tijdens het laden/lossen.
• De kandidaat kan aanwijzen en benoemen waar verstekelingen en of verboden zaken en/of middelen kunnen worden verstopt.
• De kandidaat kan aangeven waar bij voorkeur wordt geparkeerd tijdens een pauze/rust.
• De kandidaat kan aangeven waar de persoonlijke-, voertuig- en ladingdocumenten blijven bij het verlaten van het voertuig.
• De kandidaat kan aangeven wanneer het verplicht is een beveiligde parkeerplaats te gebruiken.
• De kandidaat kan aangeven waarover niet wordt gesproken tijdens een pauze met derde.
• De kandidaat kan aangeven hoe de laadklep tegen oneigenlijk gebruik kan worden beveiligd.Voorbeeldvragen illegaliteit en criminaliteit:
• Waarom is het verstandig om tijdens het laden de cabine op slot te doen?
• Waar kunnen verstekelingen zich verstoppen? Wijs aan en benoem.
• Je gaat lunchen. Waar parkeer je bij voorkeur?
• Je verlaat je voertuig. Wat doe je met je documenten (voertuig- en persoonlijke docs)?
• Waarom is het niet handig om tijdens je koffiepauze te praten over je lading?
• Wanneer is het verplicht om een beveiligde parkeerplaats op te zoeken als je pauze neemt?
• Wat controleer je na een pauze aan je voertuig? Wijs aan en benoem.
-
De kandidaat beantwoordt vragen over maatregelen bij noodsituaties.Toetsnorm en beoordeling:
• Behandeling van 1 schadescenario verplicht
• Stel 3 vragen over het schadeformulier in relatie tot 1 van de schadescenario’s
• Stel 2 aanvullende vragen (over de eindtermen)
• Voldoende bij 3 van de 5 vragen correct beantwoordOnderdeel maatregelen bij noodsituaties:
De kandidaat kan aangeven waar wat wordt genoteerd op het Europese schadeformulier op basis van een van onderstaande scenario’s:
• Een eenzijdig ongeval;
• Een ongeval met een zwakkere verkeersdeelnemer;
• Een ongeval met een ander motorvoertuig.Eindtermen:
• De kandidaat kan verklaren wat PAMAN inhoudelijk betekent.
• De kandidaat kan aangeven hoe te handelen bij een voertuigbrand.
• De kandidaat kan aangeven hoe te handelen bij een ladingbrand.
• De kandidaat kan aangeven wat het internationale alarmnummer is.
• De kandidaat kan aangeven wanneer bij een ongeval de politie wordt vereist.
• De kandidaat kan aangeven op welke manier de verzekeringsgegevens kunnen worden achterhaald.
• De kandidaat kan aangeven wat de vervolghandelingen zijn na het invullen van de voorkant van het schadeformulier.Voorbeeldvragen maatregelen bij noodsituaties:
• Waar staan de letters PAMAN voor?
• De tegenpartij weigert te tekenen. En nu?
• Wanneer schakel je de politie in?
• Waarom is het belangrijk om het aantal kruisjes op te tellen?
• Wie krijgt welk deel van het schadeformulier mee?
• Waar vind je de verzekeringsgegevens?
• Wat is het alarmnummer in het buitenland?
• Waar ga je staan bij het blussen van een brand?
-
De kandidaat beantwoordt vragen over maatregelen bij gladheid en storingen.Toetsnorm en beoordeling:
• Stel 1 vraag over gladheid en 2 vragen over storingen
• Voldoende bij 2 van de 3 vragen correct beantwoordEindtermen storingen - met gebruikmaking van instructieboekje (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan met behulp van het instructieboekje aangeven hoe hij moet handelen in geval van een lekke band.
• De kandidaat kan met behulp van het instructieboekje aangeven hoe te handelen bij een defecte lamp.
• De kandidaat kan de zekeringenkast aanwijzen.
• De kandidaat kan met behulp van het instructieboekje aangeven hoe te handelen bij een defecte zekering.
• De kandidaat kan met behulp van het instructieboekje aangeven hoe het voertuig sleep klaar kan worden gemaakt.
• De kandidaat kan aangeven welke actie moet worden ondernomen bij het gaan branden/knipperen van een controlelampje conform het instructieboekje.Voorbeeldvragen storingen:
• Wat is een bandenmaat?
• Waar staat de bandenmaat?
• Welke voorzorgsmaatregelen moet je nemen in geval van een lekke band?
• Het lampje van het remlicht is stuk. Hoe kan ik nakijken welk lampje ik nodig heb?
• Er is een lampje stuk. Deze moet worden vervangen. Waar moet je op letten bij vervangen?
• Er is een zekering gesprongen. Wat doe je nu?
• Wijs de zekeringenkast aan.
• Ik heb een storing - lampje gaat branden. En nu?
- Instructieboekje
- GoogleLeerdoelen gladheid (te behandelen in de opleiding):
• De kandidaat kan uitleggen hoe om te gaan met hulpremmen bij gladheid.
• De kandidaat kan uitleggen welke invloed weersomstandigheden kunnen hebben op ADAS.Voorbeeldvragen gladheid:
• Wat is het nadeel als je hulpremmen gebruikt bij gladheid?
-
De kandidaat krijgt de opdracht om één stuk lading eruit te halen (lading die tegen het kopschot staat en is opgesloten door andere lading). Vervolgens moet hij de resterende lading weer stuwen en vastzetten.Toetsnorm en beoordeling:
Dit onderdeel is onvoldoende als:
• De lading niet deugdelijk is vastgezet en gestuwd;
• Er zich tijdens het lossen en/of vastzetten onveilige situaties voordoen;
• De kandidaat een waarschuwing krijgt om persoonlijke of materiele schade te voorkomen;
• De kandidaat de controle over de lading verliest.Eindtermen:
• De kandidaat is in staat om een door de toetsafnemer aan te wijzen lading te lossen en vervolgens de resterende lading te stuwen en vast te zetten zodat het voertuig rijklaar is.
- dit moet lading zijn die tegen het kopschot staat en is opgesloten
• De kandidaat is daarbij in staat om de juiste hulp-, vastzet- en stuwmiddelen te gebruiken
• De kandidaat past maatregelen toe waarmee fysieke risico’s worden voorkomen of beperkt.Beoordeling:
De kandidaat is in staat om in relatie tot de te vervoeren lading:
• Een juiste keuze en gebruik te maken voor klem- en vastzettechnieken (sjorringen, klemstangen, kettingen, rekken, antislipmatten, sjorbanden e.d.).
• Hulpmiddelen op juiste wijze te gebruiken.De kandidaat is in staat om in relatie tot de te lossen lading:
• Een logische keuze te maken wat betreft de volgorde van de te nemen stappen.
• Hulpmiddelen op juiste wijze te gebruiken.De kandidaat is in staat om maatregelen te nemen waarmee fysieke risico’s tijdensde werkzaamheden worden beperkt:
• Juiste manier van in- en uitstappen en betreden van de laadruimte.Tillen met rechte rug.
• Tijdens het tillen van de lading door de knieën buigen.
• Gebruik maken van tilhulpmiddelen.
• Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.Aandachtspunten:
• Dit onderdeel begint en eindigt met een gesloten laadklep.
• De EPT staat gezekerd in de laadruimte
Praktische toets C/C1, Fase 3: Eindbestemming
-
De kandidaat lost de rest van de lading op de aangegeven plaats.Toetsnorm en beoordeling:
Dit onderdeel is onvoldoende als:
• Er zich tijdens het lossen onveilige situaties voordoen;
• De kandidaat een waarschuwing krijgt om persoonlijke of materiele schade te voorkomen;
• De kandidaat de controle over de lading verliest.Eindtermen:
• De kandidaat is in staat om de resterende lading op de aangegeven plaats te lossen.
• De kandidaat past maatregelen toe waarmee fysieke risico’s worden voorkomen of beperkt.Beoordeling:
De kandidaat is in staat om in relatie tot de te lossen lading:
• Een logische keuze te maken wat betreft de volgorde van de te nemen stappen.
• Hulpmiddelen op juiste wijze te gebruiken.De kandidaat is in staat om maatregelen te nemen waarmee fysieke risico’s tijdensde werkzaamheden worden beperkt:
• Juiste manier van in- en uitstappen en betreden van de laadruimte.
• Tillen met rechte rug.
• Tijdens het tillen van de lading door de knieën buigen.
• Gebruik maken van tilhulpmiddelen.
• Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.Aandachtpunten:
• Dozen/kratten worden op de grond geplaatst.
-
De toets eindigt met een laadruimte gereed voor vervoer.Eindtermen
De kandidaat zorgt ervoor dat de laadruimte weer gereed is voor vervoer.Aandachtspunten:
• Dit onderdeel begint en eindigt met een gesloten laadklep.
• Dit onderdeel eindigt met een lege laadruimte
6.2 Scenario’s Praktische toets D1 en D
De kandidaat wordt geadviseerd om volgens ARBO richtlijnen gebruik te maken van persoonlijke beschermingsmiddelen:
- Werkhandschoenen
- Veiligheidsschoeisel
- Veilige werkkleding
Scenario’s
Nr | Scenarionaam | Tijdsduur | Verwijzing toetmatrijs |
1 | Voorbereiding rit en instrueren passagiers bij vertrek | 10 minuten | 1.1 |
2 | Controle veiligheidsvoorzieningen en comfort | 10 minuten | 1.2 |
3 | Specifieke kenmerken van verschillende doelgroepen | 5 minuten | 1.2 |
4 | Bagage in- en uitladen, verdelen en vastzetten | 10 minuten | 2.1 + 4.1 |
5 | Voorkomen van criminaliteit en illegaliteit | 5 minuten | 3.1 |
6 | Maatregelen bij noodsituaties | 10 minuten | 5.2 |
7 | Maatregelen in geval van agressie | 5 minuten | 5.2 |
8 | Maatregelen bij gladheid of storingen | 10 minuten | 5.2 |
9 | Invullen schadeformulier | 5 minuten | 5.1 |
Combinatie van scenario's
Scenario→ ↓Combinatie | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 |
1. | • | • | • | • | |||||
2. | • | • | • | • | |||||
3. | • | • | • | ||||||
4. | • | • | • | • | |||||
5. | • | • | • | • | |||||
6. | • | • | • | • | |||||
7. | • | • | • | • | |||||
8. | • | • | • | ||||||
9. | • | • | • | • | |||||
10. | • | • | • | ||||||
11. | • | • | • |
Praktische toets D/D1
-
Doel van het scenario
• De juiste voorbereidingen voor de rit treffen.
• Het instrueren van passagiers voor het vertrek.Onderwerpen van beoordeling
• Voertuigdocumenten.
• Chauffeursdocumenten.
• Ontvangst en instrueren van passagiers.Uitvoering
• De kandidaat is in staat om aan de hand van aangereikte documenten of situaties aan te geven welke voorbereidingen hij zou treffen voor zijn rit.De kandidaat kan de volgende documenten benoemen en het gebruik ervan verklaren:
• Voertuigdocumenten:
- Kentekencard.
- APK-keuringsbewijs RDW.
- Communautaire vergunning.
- Tempo 100 attest.
- Groene kaart.
- Steuererklärung.
- Airco-logboek/STEK-verklaring.
• Chauffeursdocumenten:
- Rijbewijs.
- Bestuurderskaart en/of tachograafschijven.
- Geneeskundige verklaring.
- Ritopdracht.
- Reisblad (kenteken, bedrijf, chauffeur, opdrachtgever, vertrek/bestemming, aantal passagiers, kilometers, soort vervoer).
- Passagierslijst.
- Tank- en tolpassen.De kandidaat is in staat om de passagiers correct te ontvangen en informatie teverstrekken over de reis.
-
Doel van het scenario
• Bediening van veiligheids- en comfortvoorzieningen.
• Instrueren van passagiers over het gebruik van veiligheids- en comfortvoorzieningen.Onderwerpen
• Gebruik veiligheidsvoorzieningen.
• Gebruik comfortvoorzieningen.
• Instrueren passagiers.Uitvoering
De kandidaat is in staat om onderstaande veiligheidsvoorzieningen te benoemen en uitleg te geven over het gebruik daarvan:
• Veiligheidsgordels.
• Verbandkist.
• Brandblusser.
• Veiligheidskaart.
• Noodvoorzieningen.De kandidaat kan de passagiers uitleg geven over het gebruik van de comfortvoorzieningen:
• Stoelinstelling.
• Ventilatie.
• Toiletvoorziening. -
Doel van het scenario
• Adequaat reageren op specifieke wensen, behoefte en gedragingen van verschillende soorten passagiers.
• Voldoende beheersen van de sociale vaardigheden en technieken om te communiceren met
- doven en slechthorenden, personen met een visuele handicap, mensen met spraakproblemen en
- mensen met leermoeilijkheden.Onderwerpen
• Kinderen.
• Bejaarden.
• Gehandicapten.
• Overigen.Uitvoering
De kandidaat is in staat om aan te geven aan de hand van voorbeeldsituaties wat de specifieke kenmerken zijn van verschillende passagiers en hoe hiermee om te gaan. De voorbeelden hebben betrekking op de verschillende soorten passagiers o.a:
• Kinderen.
• Gehandicapten.
• Passagiers met wagenziekte.
• Hinderlijke passagiers.
• Bejaarden. -
Doel van het scenario
• Maatregelen toepassen waarmee fysieke risico’s tijdens in- en uitladen van bagage worden beperkt.
• Veiligheidsvoorschriften toepassen die van belang zijn bij het in- en uitladen van bagage.
• Zorgvuldige omgang met rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen om schade te vermijden.Onderwerpen
• Juiste techniek van tillen (ergonomie).
• Juiste tactiek bij het tillen (ergonomie).
• Juiste verdeling en vastzetten van de bagage.Uitvoering
• De kandidaat laadt de aanwezige bagagestukken in en uit, rekening houdend met:
- Tactiek (slim werken en planning):
- Voorbereiding van het werk (werkplan + positionering bus).
- Volgorde van werken (efficiënt zodat bagagestukken zo min mogelijk door de handen gaan).
- Gebruik van hulpmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen.
• Techniek (tiltechnieken en handelingsuitvoering):
- Gebruik van gewrichten (voorkom onnodige belasting van de gewrichten door bij oppakken en wegzetten de gewrichten in de middenstand te belasten).
- Stabiliteit (op het moment van oppakken of wegzetten staat de chauffeur stevig, met twee benen op de grond).
- Symmetrie (bij oppakken en wegzetten staat de chauffeur recht voor de bagage en probeert het gewicht van de bagage zoveel mogelijk te verdelen over de linker- en rechterlichaamshelft).
- Hefboom (bij oppakken en wegzetten staat de chauffeur zo dicht mogelijk bij de bagage zodat er zo weinig mogelijk wordt gerekt).
- Timing - explosiviteit (bij oppakken en wegzetten maakt de chauffeur een vloeiende beweging en werkt niet explosief).
• Juiste verdeling van de bagage over de bagageruimte.
• Vastzetten van de bagage om schuiven te voorkomen.
• Juiste verdeling van de bagage om de stabiliteit van de bus te borgen(rekening houdend met het zwaartepunt).
• Voorkomen van schade aan mobiliteitshulpmiddelen.Hulpmiddelen D1
• 4-6 koffers op 3 verschillende bestemmingen gelabeld, elk beladen met minimaal 5 kg.
• 2 kratten, elk beladen met minimaal 5 kg.
• 4 dozen van diverse afmetingen, elk beladen met minimaal 5 kg.
• Rolstoel/fiets en/of rollator.Hulpmiddelen D
• 6 koffers op 3 verschillende bestemmingen gelabeld, elk beladen met minimaal 5 kg.
• 2 kratten, elk beladen met minimaal 5 kg.
• 4 dozen van diverse afmetingen, elk beladen met minimaal 5 kg.
• Ski-uitrusting.
• Rolstoel/fiets en/of rollator. -
Doel van het scenario
• Maatregelen (checklist) waarmee gevolgen van criminaliteit voor chauffeur, passagiers, bagage en voertuig en illegaliteit kunnen worden voorkomen.Onderwerpen
• Keuze parkeerplaats.
• Zorgdragen voor persoonlijke en voertuigdocumenten.
• Controle op verstekelingen.Uitvoering
• De kandidaat is in staat de maatregelen (checklist) te noemen waarmee criminaliteit en illegaliteit aan de bus kunnen worden voorkomen:
- Bus goed op slot.
- Keuze parkeerplaats (verlichte plek, bij anderen parkeren, parkeerplek met toezicht).
- Het al dan niet verlaten van de bus is afhankelijk van het parkeermoment/de parkeerplek.
- Zorgdragen voor persoonlijke en voertuigdocumenten.
• De kandidaat is in staat aan te wijzen waar gecontroleerd moet worden voor het wegrijden: rondom, onder de bus, andere potentiële verstopplekken. -
Doel van het scenario
• Het kunnen uitleggen welke maatregelen de chauffeur kan nemen, aan de hand van aangegeven voorbeeldsituaties.Onderwerpen
• Situatie inschatten en prioriteiten stellen.
• Maatregelen om erger te voorkomen en inschakelen hulpdiensten.
• Eerstehulpverlening.Uitvoering
• De kandidaat is in staat een situatie in te schatten.
• De kandidaat moet aan kunnen geven wat de prioriteiten zijn (optreden bij brand, veiligheid passagiers waarborgen en passagiers van de bus redden).
• De kandidaat moet aan kunnen geven wat hij zou moeten doen om erger te voorkomen en hoe de hulpdiensten te waarschuwen.
• De kandidaat moet aangeven, aan de hand van aangegeven voorbeeldsituaties, welke hulp hij kan verlenen aan gewonden (eerstehulpverlening). -
Doel van het scenario
• Inspelen op agressief gedrag en maatregelen die hierbij genomen kunnen worden.Onderwerpen
• Gericht tegen de chauffeur.
• Passagiers onderling.
• Derden.Uitvoering
• De kandidaat kan, aan de hand van een voorbeeldsituatie, aangeven hoe te handelen in geval van agressie, zodat de veiligheid van de passagiers geborgd wordt. -
Doel van het scenario
• Adequaat reageren in het geval van gladheid of storingen.Onderwerpen
• Sneeuwkettingen.
• Storingen aan het voertuig.
• Gebruik hulpremmen.Uitvoering
• De kandidaat kan uitleggen en aanwijzen hoe hij sneeuwkettingen moet omleggen.
• De kandidaat kan uitleggen hoe hij bij gladheid met de hulpremmen van de bus dient om te gaan.
• De kandidaat kan met behulp van het de chauffeurshandleiding, correct handelen in geval van storingen aan het voertuig.Hulpmiddelen
• Chauffeurshandleiding. -
Doel van het scenario
• Adequaat invullen van een Europees schadeformulier.Onderwerpen
• Gegevens betrokken partijen, voertuigen, plaats, datum etc.
• Van toepassing zijnde kruisjes (optellen) en situatieschets.
• Handtekening betrokken partijen en invullen achterzijde formulier.Uitvoering
De kandidaat is in staat het Europese schadeformulier in te vullen:
• Plaats, datum en tijdstip van de aanrijding.
• Persoonlijke gegevens van de betrokken partijen.
• Gegevens van het andere voertuig.
• Getuigen.
• Situatieschets.
• Handtekening van de betrokken partijen.
• Van toepassing zijnde kruisjes (bij elkaar optellen).
• Invullen achterkant.Hulpmiddelen
• Europees schadeformulier.
6.3 Toetsmatrijs praktische toets Vrachtauto
Exameneisen praktische toets Vakbekwaamheid voor categorie C, C1
6.4 Toetsmatrijs praktische toets Bus
Exameneisen praktische toets Vakbekwaamheid voor categorie D, D1
7. Scenario's en toetsmatrijs Toets besloten terrein
7.1 Scenario’s Toets besloten terrein D1
Hieronder treft u een overzicht van de scenario’s van de toets besloten terrein. Wij laten u eerst een grondsjabloon zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond.
Nr | Scenarionaam | Verwijzing toetsmatrijs |
1. | Spiegelafstelplaats | 1.1 en 1.2 |
2. | In rechte lijn achteruitrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
3. | Naar links of vooruitrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
4. | In rechte lijn achteruit een denkbeeldige muur aanrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
5. | Slalom vooruit met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
6. | Zijdelings verplaatsen naar links of rechts achterwaarts | 1.1 en 1.2 |
7. | 180 graden vooruit binnen beperkte ruimte | 1.1 en 1.2 |
Grondsjabloon terrein D1
Aanvulling scenario 1:
De markering van de zichtvelden moet duidelijk afgebakend zijn.
Afbeeldingen
Bij ieder scenario hoort een afbeelding waarin het scenario is uitgebeeld. In de afbeelding wordt met een stippellijn aangegeven welke route de bus moet rijden. Daarnaast worden de volgende symbolen gebruikt:
- groene stip = startpositie
- rode stip = eindpositie
- zwarte stip = passeerpunt
- XL (extra laag) = pylon waar de vooroverbouw van de bus overheen kan zwenken
- L (laag) = pylon, minimaal 50 en maximaal 75 cm
- H (hoog) = rood/wit gemarkeerde stok (hoogte zoals aangegeven onder 3.11)
Toets besloten terrein D1
-
Doel scenario
• Het juist afstellen van spiegels en overige zichtveldverbeterende systemen.
• Het leren gebruik maken van alle aanwezige spiegels en zichtveldverbeterende systemen.
• Het leren onderkennen van de zichtbeperkingen vanuit de bestuurderspositie en hoe hiermee om te gaan/hierop in te spelen.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf zijn voertuig op de afstelplaats.
• De kandidaat controleert de spiegels en overige zichtveldverbeterende systemen en stelt deze zelf goed af.
• De kandidaat laat (proactief en reactief) verbaal blijken dat hij het belang van een juiste afstelling inziet (o.a. dode hoek).Scenario 1: Spiegelafstelplaats
-
Doel van het scenario
• Het in een rechte lijn achteruitrijden over een lange aangegeven afstand, zonder obstakels.
• Het controleren en bewaken van de logische rijlijn.
• Het aantonen te beschikken over voldoende voertuigbeheersing, inclusief bediening.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij -met behulp van een achteruitrijdcamera en/of met maximaal tweemaal uitstappen- zo dicht mogelijk bij (afstand max. 1.00 m) de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
• De kandidaat rijdt zelfstandig in een rechte lijn achteruit naar de eindpositie, waarbij de eindpositie variabel is (de toetsafnemer moet voor de start van het scenario, de pylon een aantal meter verplaatsen).
• De kandidaat neemt voor het uitvoeren van het scenario kennis van de positie van de eindpylon.Scenario 2: rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het gecontroleerd kunnen verplaatsen van een voertuig naar links of naar rechts.
• Het passeren en controleren van (hoge en lage) obstakels met geringe tussenruimte, daarbij gebruik makend van spiegels en/of andere zichtveldverbeterende systemen.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie (= uiterste deel van het terrein in gebruik voor de toets).
• De kandidaat voert zelfstandig de oefening uit.Scenario 3A: naar links vooruit rijden, voorzijde voertuig bepalen
Scenario 3B: naar rechts vooruit rijden, voorzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het in een rechte lijn achteruitrijden over een korte aangegeven afstand, tussen obstakels.
• Het controleren en bewaken van de logische rijlijn, rekening houdend met hoge en lage obstakels.
• Het aantonen te beschikken over voldoende voertuigbeheersing, inclusief bediening.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij - met behulp van een achteruitrijdcamera en/of met maximaal twee keer uitstappen- zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor de oefening.
• De kandidaat rijdt zelfstandig in één beweging in een rechte lijn achteruit naar de eindpositie.
• De kandidaat neemt voor het uitvoeren van het scenario kennis van de positie van de eindpositie.Scenario 4A: rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
Scenario 4B : rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het beheersen van het voertuig bij het manoeuvreren in beperkte ruimtes.• Het gecontroleerd passeren van hoge en lage obstakels.
• Het omgaan met dode hoeken.• Het opzoeken en benutten van de aanwezige ruimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor scenario 5.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Scenario 5A: slalom vooruit rechts/links, voorzijde voertuig bepalen
Scenario 5B: slalom vooruit links/rechts, voorzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het uitvoeren van een zijdelingse verplaatsing achterwaarts.
• Het gecontroleerd en veilig achteruit parkeren van het voertuig in een krappe ruimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor scenario 6.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie zonder de denkbeeldige muur te raken.Scenario 6A: slalom achteruit, parkeren in denkbeeldige garage
Scenario 6B: slalom achteruit, parkeren in denkbeeldige garage
-
Doel van het scenario
• Vooruit een smalle ruimte uitrijden, direct gevolgd door een bocht.
• Rekening houden met uitzwaai.
• Bochtstraal bepalen en uitvoeren.
• Het gecontroleerd en veilig vooruit parkeren van het voertuig in een krapperuimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor scenario 7.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie zonder de denkbeeldige muur te raken.Scenario 7A: halve draai vooruit naar links
Scenario 7B: halve draai vooruit naar rechts
7.2 Scenario’s Toets besloten terrein D
Hieronder treft u een overzicht van de scenario’s van de toets besloten terrein. Wij laten u eerst een grondsjabloon zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond.
Nr | Scenarionaam | Verwijzing toetsmatrijs |
1. | Spiegelafstelplaats | 1.1 en 1.2 |
2. | In rechte lijn achteruitrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
3. | Naar links of vooruitrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
4. | In rechte lijn achteruit een denkbeeldige muur aanrijden met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
5. | Slalom vooruit met precisiestop | 1.1 en 1.2 |
6. | Zijdelings verplaatsen naar links of rechts achterwaarts | 1.1 en 1.2 |
7. | 180 graden vooruit binnen beperkte ruimte | 1.1 en 1.2 |
Grondsjabloon terrein D
Aanvulling scenario 1:
De markering van de zichtvelden moet duidelijk afgebakend zijn.
Afbeeldingen
Bij ieder scenario hoort een afbeelding waarin het scenario is uitgebeeld. In de afbeelding wordt met een stippellijn aangegeven welke route de bus moet rijden. Daarnaast worden de volgende symbolen gebruikt:
- groene stip = startpositie
- rode stip = eindpositie
- zwarte stip = passeerpunt
- XL (extra laag) = pylon waar de vooroverbouw van de bus overheen kan zwenken
- L (laag) = pylon, minimaal 50 en maximaal 75 cm
- H (hoog) = rood/wit gemarkeerde stok (hoogte zoals aangegeven onder 3.11)
Toets besloten terrein D
-
Doel van het scenario
• Het juist afstellen van spiegels en overige zichtveldverbeterende systemen.
• Het leren gebruik maken van alle aanwezige spiegels en zichtveldverbeterende systemen.
• Het leren onderkennen van de zichtbeperkingen vanuit de bestuurderspositie en hoe hiermee om te gaan/hierop in te spelen.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de afstelplaats.
• De kandidaat controleert de spiegels en overige zichtveldverbeterende systemen en stelt deze zelf goed af.
• De kandidaat laat (proactief en reactief) verbaal blijken dat hij het belang van een juiste afstelling inziet (o.a. dode hoek). -
Doel van het scenario
• Het in een rechte lijn achteruitrijden over een lange aangegeven afstand, zonder obstakels.
• Het controleren en bewaken van de logische rijlijn.
• Het aantonen te beschikken over voldoende voertuigbeheersing, inclusief bediening.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij
-met behulp van een achteruitrijdcamera en/of met maximaal twee keer uitstappen
- zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
• De kandidaat rijdt zelfstandig in een rechte lijn achteruit naar de eindpositie, waarbij de eindpositie variabel is (de toetsafnemer moet voor de start van het scenario, de pylon een aantal meter verplaatsen).
• De kandidaat neemt voor het uitvoeren van het scenario kennis van de positie van de eindpylon.Scenario 2: rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het gecontroleerd kunnen verplaatsen van een voertuig naar links of naar rechts.
• Het passeren en controleren van (hoge en lage) obstakels met geringe tussenruimte, daarbij gebruik makend van spiegels en/of andere zichtveldverbeterende systemen.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie (= uiterste deel van het terrein in gebruik voor de toets).
• De kandidaat voert zelfstandig de oefening uit.Scenario 3A: naar links vooruit rijden, voorzijde voertuig bepalen
Scenario 3B: naar rechts vooruit rijden, voorzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het in een rechte lijn achteruitrijden over een korte aangegeven afstand, tussen obstakels.
• Het controleren en bewaken van de logische rijlijn, rekening houdend met hoge en lage obstakels.
• Het aantonen te beschikken over voldoende voertuigbeheersing, inclusief bediening.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij -met behulp van een achteruitrijdcamera en/of met maximaal tweemaal uitstappen- zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor de oefening.
• De kandidaat rijdt zelfstandig in een beweging in een rechte lijn achteruit naar de eindpositie.
• De kandidaat neemt voor het uitvoeren van het scenario kennis van de positie van de eindpositie.Scenario 4A: rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
Scenario 4B: rechte lijn achteruit rijden, achterzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het beheersen van het voertuig bij het manoeuvreren in beperkte ruimtes.
• Het gecontroleerd passeren van hoge en lage obstakels.
• Het omgaan met dode hoeken.
• Het opzoeken en benutten van de aanwezige ruimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf zijn voertuig op de startpositie voor scenario 5.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie.
• Het uitvoeren van een precisiestop waarbij zo dicht mogelijk (afstand max. 1.00 m) bij de eindpositie gestopt wordt zonder dat de pylon geraakt wordt.Scenario 5A: slalom vooruit rechts/links, voorzijde voertuig bepalen
Scenario 5B: slalom vooruit links/rechts, voorzijde voertuig bepalen
-
Doel van het scenario
• Het uitvoeren van een zijdelingse verplaatsing achterwaarts.
• Het gecontroleerd en veilig achteruit parkeren van het voertuig in een krappe ruimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor scenario 6.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie zonder de denkbeeldige muur aan te raken.Scenario 6A: slalom achteruit, parkeren in denkbeeldige garage
Scenario 6B: slalom achteruit, parkeren in denkbeeldige garage
-
Doel van het scenario
• Vooruit een smalle ruimte uitrijden, direct gevolgd door een bocht.
• Rekening houden met uitzwaai.
• Bochtstraal bepalen en uitvoeren.
• Het gecontroleerd en veilig vooruit parkeren van het voertuig in een krappe ruimte.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie voor scenario 7.
• De kandidaat rijdt zelfstandig van de startpositie naar de eindpositie zonder de denkbeeldige muur aan te raken.Scenario 7A: halve draai vooruit naar links
Scenario 7B: halve draai vooruit naar rechts
7.3 Scenario’s Toets besloten terrein C en C1
Hieronder treft u een overzicht van de scenario’s van de toets besloten terrein. Wij laten u eerst een grondsjabloon voor C en een grondsjabloon voor C1 zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond. De scenario’s voor C1 en C zijn hetzelfde. Alleen de grondsjablonen zijn anders.
Nr | Scenarionaam | Verwijzing toetsmatrijs |
1. | Spiegelafstelplaats | 1.1 en 1.2 |
2. | Van beginpunt achteruit naar dock 1 met een precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
3. | Vooruit vak A inrijden met precisiestop voorzijde | 1.1 en 1.2 |
4. | In rechte lijn achteruit vak B inrijden met precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
5. | Vooruit door de versmalling C en de gehele cabine in vak D positioneren | 1.1 en 1.2 |
6. | Achteruit door de versmalling C naar dock 2 of 3 met precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
7. | Vooruit vak E inrijden met precisiestop voorzijde | 1.1 en 1.2 |
8. | Achteruit naar overgebleven dock (2 of 3) met een precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
9. | Via een vooruit gelegen tussenpunt met een precisiestop voorzijde, achterwaarts naar een gekozen dock met precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
10. | Vooruit vak B inrijden met precisiestop voorzijde | 1.1 en 1.2 |
11. | Van vak B achteruit naar eindpunt met een precisiestop achterzijde | 1.1 en 1.2 |
Grondsjabloon terrein C
Grondsjabloon terrein C1
Afbeeldingen
Grondsjabloon
P = pylon, minimaal 50 en maximaal 75 cm
S = stok, hoogte zoals aangegeven onder 3.11
is de pijl tot aan de stip getekend, dan betekent dit dat de rand van de pylon tegen de stip wordt geplaatst.
is de pijl tot het midden van de stip getekend, dan betekent dit dat het hart van de pylon op de stip wordt geplaatst.
Scenario’s
Bij ieder scenario hoort een afbeelding waarin het scenario is uitgebeeld.
De volgende symbolen worden gebruikt:
groene stip = startpositie
rode stip = eindpositie
Met een stippellijn wordt het begin en eind van de route aangegeven.
Toets besloten terrein C en C1
-
Doel van het scenario
• Het juist afstellen van spiegels en/of overige cameramonitorsystemen.
• Het gebruik kunnen maken van alle aanwezige spiegels en/of
cameramonitorsystemen.
• Het onderkennen van de zichtbeperkingen vanuit de bestuurderspositie en hoe hiermee om te gaan/hierop in te spelen.Uitvoering
• De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de afstelplaats.
• De kandidaat controleert de spiegels en/of overige cameramonitorsystemen en stelt deze zelf goed af.
• De kandidaat laat verbaal blijken dat hij het belang van een juiste afstelling inziet (o.a. dode hoek) aan de hand van vragen van de toetsafnemer
NB
Aan de linkerzijde mag de belijning voor vak 2 worden vervangen door
referentiepunten.Aanvulling scenario 1
De markering van de zichtvelden moet duidelijk afgebakend zijn.
Vak 2 dient ook aan de linkerzijde aanwezig te zijn; de markering hiervan mag
vervangen worden door referentiepunten. -
Uitvoering
De kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
• De kandidaat rijdt achteruit naar dock 1 met een precisiestop aan de achterzijde.
• De kandidaat positioneert de achterzijde van het voertuig recht voor het dock
tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 2.
• De kandidaat rijdt vooruit vak A in met een precisiestop aan de voorzijde (binnen 1 meter van de eindpositie). -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 3.
• De kandidaat rijdt zelfstandig in een rechte lijn achteruit vak B in met een
precisiestop aan de achterzijde (tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie). -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 4.
• De kandidaat rijdt vooruit door de versmalling C en positioneert de gehele cabine in vak D. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 5
• De kandidaat rijdt achteruit door de versmalling C naar dock 2 of 3* met een
precisiestop aan de achterzijde.
• De kandidaat positioneert de achterzijde van het voertuig recht voor het dock
tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie.* Voorafgaand aan de toets gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om
bij dit scenario te bepalen welke keuze wordt gemaakt. Zie hiervoor ook artikel
3.11.c eisen toets besloten terrein C/C1. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 6.
• De kandidaat rijdt vooruit vak E in met een precisiestop aan de voorzijde (binnen 1 meter van de eindpositie). -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 7.
• De kandidaat rijdt achteruit naar het overgebleven dock 2 of 3 met een
precisiestop aan de achterzijde.
• De kandidaat positioneert de achterzijde van het voertuig recht voor het dock
tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 8.
• De kandidaat rijdt vooruit naar een zelf gekozen tussenpunt met een precisiestop aan de voorzijde (binnen 1 meter van de eindpositie).
• De kandidaat rijdt achteruit naar een gekozen dock* met een precisiestop aan de achterzijde.
• De kandidaat positioneert de achterzijde van het voertuig recht voor het dock
tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie.* Voorafgaand aan de toets gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om
bij dit scenario te bepalen welke keuze wordt gemaakt. Zie hiervoor ook artikel
3.11.c eisen toets besloten terrein C/C1. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 9.
• De kandidaat rijdt vooruit vak B in met een precisiestop aan de voorzijde (binnen 1 meter van de eindpositie).Aanvulling scenario 10:
• De onderste hoge stok van vak A (hieronder zwart omcirkeld) mag bij dit scenario worden verwijderd. -
Uitvoering
• De kandidaat start vanuit de eindpositie van scenario 10.
• De kandidaat rijdt van vak B achteruit naar het eindpunt met een precisiestop aan de achterzijde (tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie).Aanvulling scenario 11:
• De onderste hoge stok van vak A (hieronder zwart omcirkeld) mag bij dit scenario worden verwijderd.
7.4 Toetsmatrijs toets besloten terrein en simulator Bus en Vrachtauto
Exameneisen toets besloten terrein / simulator voor categorie C, C1, D, D1
8. Woordenlijst
CBR
Het CBR is aangewezen als exameninstituut dat besluit tot erkenning van opleidingsinstituten voor het uitvoeren van praktijktoetsen en tot certificering van praktijktoetsen. Daarnaast houdt het CBR toezicht op de naleving van de eisen die hieraan worden gesteld. Dit gebeurt op basis van de Reglement rijbewijzen en de Regeling vakbekwaamheid bestuurders 2012.
CBR registratienummer
Opleidingsinstituten die zich via de inschrijvingsovereenkomst bij het CBR hebben ingeschreven, ontvangen een uniek registratienummer. Met dit registratienummer kan het opleidingsinstituut gebruik maken van de producten en diensten van het CBR waarvoor geen aanvullende erkenningen/certificeringen nodig zijn.
Certificering
Erkende opleidingsinstituten mogen alleen praktijktoetsen laten meetellen voor de vakbekwaamheid die door het CBR zijn gecertificeerd. Een certificering wordt afgegeven als het CBR een ingediende aanvraag met het bijbehorende opleidingsplan heeft beoordeeld en goedgekeurd.
Code 95
De code op het rijbewijs die aangeeft dat de houder bekwaam is als beroepschauffeur.
Erkenning
Alleen erkende opleidingsinstituten mogen praktijktoetsen verzorgen. Bij het indienen van een certificeringsaanvraag vraagt u ook meteen uw erkenning aan. Hiervoor hoeft u geen extra aanvragen te doen. Bij iedere certificeringsaanvraag die wordt goedgekeurd wordt ook de erkenning meteen verlengd. Zo blijft de erkenning altijd gelijk lopen aan de certificering.
Inschrijvingsovereenkomst
Voordat u een erkenning voor het verzorgen van praktijktoetsen kunt aanvragen, moet u zijn ingeschreven bij het CBR. Dit gaat via een inschrijvingsovereenkomst. De inschrijvingsovereenkomst is de grondslag voor een goede samenwerking tussen het opleidingsinstituut en het CBR. Op de website van het CBR staat hoe u zich kunt inschrijven bij het CBR.
Intrekking
Bij een bepaald aantal overtredingen kan de erkenning van een opleidingsinstituut worden ingetrokken. Dit betekent dat alle certificeringen komen te vervallen en dat het opleidingsinstituut tijdelijk geen praktijktoetsen mag uitvoeren. De intrekking duurt maximaal 12 weken. Nadat de intrekking is opgeheven moet het opleidingsinstituut opnieuw een aanvraag voor certificering van de praktijktoets(en) indienen.
Overtreding
Om praktijktoetsen te mogen verzorgen moet het opleidingsinstituut zich houden aan verschillende eisen. Deze eisen zijn opgenomen in dit Raamwerk. Constateert het CBR dat een opleidingsinstituut zich niet houdt aan deze eisen? Dan is er sprake van een overtreding.
Praktijktoetsen
Aanduiding van zowel de Praktische toets als de Toets besloten terrein.
Praktische toets
Bij de Praktische toets wordt er onder andere getoetst op het laden en lossen en vastzetten van lading, voorkomen van criminaliteit en illegaliteit, voorkomen van fysieke risico’s, invullen van een Europees schadeformulier en maatregelen bij noodsituaties.
Resultaat 'afgebroken'
Het registreren van praktijktoetsen en kandidaten vindt plaats in TOP internet. Het opleidingsinstituut voert voor iedere kandidaat een resultaat op. Als een kandidaat de praktijktoets vroegtijdig moet verlaten, bijvoorbeeld vanwege een noodgeval, dan registreert het opleidingsinstituut voor deze kandidaat het resultaat 'afgebroken' op in TOP internet. Dit moet binnen 30 minuten nadat de kandidaat de praktijktoets heeft verlaten.
Resultaat ‘niet verschenen’
Het registreren van praktijktoetsen en kandidaten vindt plaats in TOP internet. Het opleidingsinstituut voert voor iedere kandidaat een resultaat op. Als een kandidaat geen geldig en wettig identificatiebewijs kan tonen of niet komt opdagen, dan registreert het opleidingsinstituut voor de betreffende kandidaat het resultaat ‘niet verschenen’ in TOP internet.
Resultaat 'voldoende'
Het registreren van praktijktoetsen en kandidaten vindt plaats in TOP internet. Het opleidingsinstituut voert voor iedere kandidaat een resultaat op. Heeft een kandidaat de praktijktoets met een voldoende beoordeling afgelegd? Dan registreert het opleidingsinstituut voor deze cursist binnen vier kalenderdagen het resultaat ‘voldoende’ in TOP internet.
Sanctie
Het CBR houdt toezicht op de uitvoering van praktijktoetsen. Als er sprake is van een overtreding legt het CBR een sanctie op. Het CBR kent verschillende sancties. Welke sanctie wordt opgelegd is afhankelijk van verschillende factoren. Zie hiervoor hoofdstuk 4 van dit Raamwerk.
Sanctiemodel
In het sanctiemodel staat wanneer het CBR welke sancties oplegt. Het sanctiemodel is transparant, evenredig en proportioneel.
Schorsing
Bij een bepaald aantal overtredingen kan de erkenning van een opleidingsinstituut worden geschorst. Dit betekent dat het opleidingsinstituut tijdelijk geen praktijktoetsen mag uitvoeren. De schorsing duurt maximaal 12 weken. Nadat de schorsing is opgeheven kan het opleidingsinstituut de praktijktoetsen weer aanbieden en uitvoeren.
Steekproef
Het CBR houdt toezicht op de uitvoering van praktijktoetsen. We doen dit onder meer door het onaangekondigd bezoeken van in TOP internet aangemelde praktijktoetsen. Deze bezoeken vinden steekproefsgewijs plaats en worden daarom steekproeven genoemd.
Toets besloten terrein
Bij de Toets besloten terrein wordt er onder andere getoetst op voertuigcontrole en manoeuvreren.
TOP internet
TOP internet is het systeem waarin opleidingsinstituten de praktijktoetsen en kandidaten registreren.
9. Overzicht van wijzigingen
-
Publicatiedatum december 2022 en ingangsdatum wijzigingen 1 januari 2023. Wijzigingen t.o.v. versie 5.0
Artikel 3.1.e
Wijziging: toegevoegd dat uitslagformulieren ten minste twee jaar na de toets op een beveiligde manier bewaard moeten worden. Mag digitaal. ‘het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat: de uitslagformulieren van de praktijktoetsen ten minste twee jaar na de toets op een beveiligde manier bewaard worden. Dit mag digitaal.’
Reden Wijziging: conform Raamwerk nascholing.Artikel 3.2.a
Wijziging: dit artikel vervalt.
‘de praktijktoets in Nederland wordt afgenomen.’
Reden Wijziging: niet van toepassing voor de praktijk toetsen. Deze worden alleen afgenomen op gecertificeerde locaties in Nederland.Artikel 3.4.a
Wijziging: geldig identiteitsbewijs voor de toetsafnemer toegevoegd. ‘De toetsafnemer kan aantonen dat hij beschikt over een geldige WRM bevoegdheid voor de betreffende rijbewijscategorie en een geldig identiteitsbewijs. De toets afnemer kan voor de praktische toets C aantonen dat hij beschikt over een geldig ARBO-certificaat voor het gebruik van de EPT.’
Reden Wijziging: conform Raamwerk nascholing.Artikel 3.5.b
Wijziging: het woord ‘andere’ toegevoegd aan dit artikel. En aantal strafpunten aangepast.
- ‘de kandidaat tijdens het toetsmoment niet onder invloed van alcohol of andere drugs is.’- Aantal strafpunten voor dit artikel aangepast van twee naar drie.
Reden Wijziging: conform Raamwerk nascholing.Artikel 3.5.c
Wijziging: het woord ‘onmiddellijk’ toegevoegd aan dit artikel.
‘het CBR altijd onmiddellijk zonder belemmering een steekproef kan uitvoeren. Kan een steekproef niet of niet volledig worden uitgevoerd door toedoen van het opleidingsinstituut? Dan zijn de kosten voor rekening van de opleider.’
Reden Wijziging: conform Raamwerk nascholing.Artikel 3.6.e
Wijziging: dit artikel vervalt.Het opleidingsinstituut zorgt ervoor dat:
als een praktijktoets vroegtijdig wordt beëindigd, de betreffende kandidaat binnen 30 minuten na het moment van beëindigen als ‘afgebroken’ in TOP internet wordt geregistreerd.
Reden Wijziging: onvoldoende uitslag volstaat voor praktijk toetsen.Artikel 3.6.g
Wijziging: bij sprake van een storing van TOP internet, waarbij de oorzaak bij het CBR ligt, de kandidaat wordt afgemeld per e-mail (klantenservice.ccv@cbr.nl), CCV.code95.administratie@cbr.nl onder vermelding van de reden ‘niet verschenen’ of ‘afgebroken’ of ‘voldoende/onvoldoende’. De melding moet binnen 30 minuten na het ontstaan van de situatie zijn doorgegeven.
Reden Wijziging: mailadres gewijzigd zodat de melding direct bij juiste afdeling binnenkomt.Artikel 3.7.c
Wijziging: toegevoegd dat de toetsafnemer op de vragenset bijhoudt hoeveel vragen de kandidaat correct heeft beantwoord.
‘per onderdeel wordt aangegeven wanneer een onderdeel voldoende is, bij de vragen door te benoemen hoeveel vragen correct moeten worden beantwoord; bij het laden en lossen door te benoemen wat de kritieke punten zijn. De toetsafnemer houdt op de vragenset bij hoeveel vragen de kandidaat correct heeft beantwoord.’
Reden Wijziging: verduidelijking.Artikel 3.7.d
Wijziging: alle theorie-onderdelen moeten getoetst worden, ook al zijn de eerste 5 onderdelen voldoende.
‘alle onderdelen waarbij geladen, gelost of gestuwd moet worden, moeten voldoende zijn. Van de overige 7 onderdelen, moeten er tenminste 5 voldoende zijn. Als de eerste 5 theorie-onderdelen voldoende zijn, moeten de laatste 2 onderdelen ook getoetst worden.’
Reden Wijziging: verduidelijking.Artikel 3.9.b
Wijziging: toegevoegd dat een kunstmatig kopschot zo vormgegeven dient te zijn dat de lepels van de EPT/pompwagen niet voorbij het kopschot kunnen komen en een stuwstang op hoogte verwijderd.
‘Laadruimte (hoeft geen onderdeel te zijn van het voertuig):
- Heeft een diepte van maximaal 4 meter (eventueel te creëren door middel van bijvoorbeeld een stuwstang op hoogte of een stapel pallets). Een kunstmatig kopschot dient zo vormgegeven te zijn dat de lepels van de EPT/pompwagen niet voorbij het kopschot kunnen komen.’
Reden Wijziging: beschrijving kopschot toegevoegd.Artikel 3.9.c
Wijziging: Reflecterend hesje ook verplicht voor toetsafnemer praktische toets C/C1. ‘en toetsafnemer’ toegevoegd in onderstaande opsomming.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s).
- Veiligheidsschoenen*.
- Reflecterend hesje of jas*.
- Werkhandschoenen**.
- Veiligheidshelm.
- Veiligheidsbril.
- Gehoorbescherming.
* = draagplicht kandidaat en toetsafnemer.
**= draagplicht kandidaat.
Reden Wijziging: extra veiligheid.Nieuw artikel 3.11.g
Wijziging: Onderstaande tekst toegevoegd op de plek van het eerder vervallen artikel 3.11.g.
‘Bij het manoeuvreren mag het voertuig de randen van het terrein eventueel iets overschrijden.’
Reden Wijziging: verduidelijking overgenomen uit animatiefilm.Artikel 3.13.j
Wijziging: afwijkende wielbasis aangepast naar afwijkende afmetingen. En aangepast dat in overleg met het CBR kan worden gekeken wat de mogelijkheden zijn.
‘wanneer een opleidingsinstituut gebruik wil maken van voertuigen met (beduidend) afwijkende afmetingen, dan kan in overleg met het CBR worden gekeken wat de mogelijkheden zijn.’
Reden Wijziging: artikel algemener gemaakt.Artikel 4.1 fase 2
Wijziging: toegevoegd dat vanaf het moment van voornemen 24 maanden wordt terug gekeken.
‘Mocht het CBR het voornemen hebben om een erkenning te schorsen of in te trekken, wordt er vanaf het moment van het voornemen 24 maanden terug gekeken. Ook zal het hele dossier van het opleidingsinstituut worden gewogen.’
Reden Wijziging: Er kan onduidelijkheid ontstaan wanneer er 24 maanden wordt teruggerekend op het moment van schorsen. Conform Raamwerk nascholing.Artikel 7.3
Wijziging: de grondsjablonen voor de toets besloten terrein C en C1 gecorrigeerd:
- op grondsjabloon C1 stonden onderin vak B drie stokken ingetekend. De middelste stok moet een pylon zijn, net als in grondsjabloon C.
- op beide grondsjablonen stond bij de obstakels aan de rechterzijde niet vermeld of het hier om pylonen of stokken gaat. Dit moeten pylonen zijn, dus de letter P toegevoegd.
- op beide grondsjablonen is de vermelding van 13 m bij de blauwe hulplijn aan de bovenzijde gecorrigeerd naar 12 m.
- op beide grondsjablonen bij vak D tweemaal de letter P toegevoegd.De gecorrigeerde grondsjablonen:
Grondsjabloon voor de toets besloten terrein C
Grondsjabloon voor de toets besloten terrein C1
-
Publicatiedatum wijzigingen 1 juli 2022, ingangsdatum wijzigingen 1 oktober 2022
Wijzigingen t.o.v. versie 4.0Artikel 3.6.a
Wijziging: ‘en eindigen’ wordt verwijderd uit de zin bij de 2e bullit.
Reden wijziging: de eindtijd ligt niet vast in TOP internet. Nu conform artikel 3.5.a.Artikel 3.11
Wijziging: in artikel 3.11 Eisen Toets besloten terrein stonden de eisen voor C, C1 en D, D1. Door de nieuwe Toets besloten terrein voor C en C1 richt artikel 3.11 zich nu alleen op C en C1.3.11 Eisen Toets besloten terrein C, C1
(zie ook hoofdstuk 7: Scenario’s en toetsmatrijs Toets besloten terrein)
Voor de Toets besloten terrein C, C1 gelden de volgende voorwaarden:
3.11.a de toets duurt 30 minuten. Wanneer de tijd van de toets overschreden wordt, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.11.b tijdens de toets moeten alle elf scenario’s getoetst worden (voor de diverse scenario’s zie hoofdstuk 7).
3.11.c Voorafgaand aan de toets gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om bij de scenario’s 6 en 9 te bepalen welke keuze wordt gemaakt.
3.11.d bij het uitvoeren van de scenario’s benut de kandidaat de aanwezige ruimte naar eigen inzicht.
3.11.e alle elf scenario’s moeten veilig en vloeiend worden uitgevoerd. Wanneer één van de scenario’s onvoldoende wordt uitgevoerd, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd. De kandidaat geeft er in de uitvoering blijk van de bediening van het voertuig en het manoeuvreren van het voertuig in beperkte ruimtes te beheersen, inclusief het omgaan met dode hoeken.
3.11.f tijdens de toets mogen de obstakels P en S, zoals vastgelegd in het grondsjabloon van de Toets besloten terrein, niet geraakt worden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden. Staat S in een voet dan mag deze voet geraakt worden.
3.11.g vervallen
3.11.h de toets start wanneer de kandidaat het voertuig opstelt op de spiegelafstelplaats.
3.11.i bij de scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop aan de voorzijde moet de kandidaat het voertuig met de voorzijde binnen 1 meter van de eindpositie tot stilstand brengen. Bij scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop aan de achterzijde moet de kandidaat het voertuig met de achterzijde tussen 1 en 1,5 meter van de eindpositie tot stilstand brengen.
3.11.j de kandidaat mag uitstappen om de juiste afstand te bepalen.
3.11.k als een Toets besloten terrein vanwege de weersomstandigheden wordt uitgesteld, dan wordt de toets als ‘afgebroken’ geregistreerd in TOP internet. Voor het inplannen van een vervangende toets gelden de volgende uitgangspunten:
• Als de kandidaat de uitgestelde toets aflegt op een moment dat de resultaten van de theorie-examens, praktijkexamens en/of Praktische toets zijn verlopen, dan mag de kandidaat de Toets besloten terrein eenmalig afleggen met de verlopen resultaten.
• Als de certificering van de opleider in de tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets verloopt, dan wordt deze certificering eenmalig verlengd.
• De tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets mag niet langer dan 4 weken zijn. Als een eerder uitgestelde toets nogmaals wordt uitgesteld, dan geldt alsnog dat de tijd tussen de feitelijke toets en de nogmaals uitgestelde toets niet langer dan 4 weken mag zijn. Het gaat hierbij om de geldigheid van alle theorie-examens, het praktijkexamen en de Praktische toets, behorende bij het rijbewijs dat de kandidaat wil halen.
Reden wijziging: nieuwe Toets besloten terrein C en C1.Artikel 3.12
Wijziging: door splitsing van het oude artikel 3.11 richt artikel 3.12 zich nu alleen op de Eisen Toets besloten terrein D en D1.Eisen Toets besloten terrein D, D1
(zie ook hoofdstuk 7: Scenario’s en toetsmatrijs Toets besloten terrein)
Voor de Toets besloten terrein D, D1 gelden de volgende voorwaarden:
3.12.a de toets duurt 30 minuten. Wanneer de tijd van de toets overschreden wordt, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.12.b tijdens de toets moeten zeven scenario’s (voor de diverse scenario’s zie hoofdstuk 7) getoetst worden, waarbij ieder scenario gezien moet worden als een op zichzelf staand geheel. De eindpositie van het vorige scenario is daarom niet noodzakelijk de startpositie van het volgende scenario.
3.12.c tijdens de toets worden alle scenario’s in dezelfde variant uitgevoerd; allemaal over links (A) of allemaal over rechts (B).
3.12.d om te bepalen welke variant door de kandidaat moet worden uitgevoerd (allemaal over links (A) of allemaal over rechts (B)), trekt de kandidaat zonder te kijken een kaart.
3.12.e alle zeven scenario’s moeten veilig en vloeiend worden uitgevoerd. Wanneer één van de scenario’s onvoldoende wordt uitgevoerd, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.
3.12.f tijdens de toets mogen de obstakels, zoals vastgelegd in de lay-out tekeningen van de Toets besloten terrein, niet geraakt worden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden.
3.12.g tijdens de toets mogen de denkbeeldige lijnen in de scenario’s 6 en 7 (aangegeven door middel van een rode lijn) niet worden overschreden. Is dat wel het geval, dan moet de toets als onvoldoende beschouwd worden.
3.11.h de toets start wanneer de kandidaat het voertuig opstelt op de spiegelafstelplaats.
3.12.i bij de scenario’s waarbij er sprake is van een precisiestop moet de kandidaat het voertuig met de achter-/voorzijde binnen een marge van 1 meter van het obstakel tot stilstand brengen.
3.12.j bij de scenario’s 2 en 4 (achteruitrijden met precisiestop) mag de kandidaat maximaal twee keer uitstappen om de juiste afstand te bepalen.
3.12.k als een Toets besloten terrein vanwege de weersomstandigheden wordt uitgesteld, dan wordt de toets als ‘afgebroken’ geregistreerd in TOP internet. Voor het inplannen van een vervangende toets gelden de volgende uitgangspunten:
• Als de kandidaat de uitgestelde toets aflegt op een moment dat de resultaten van de theorie-examens, praktijkexamens en/of Praktische toets zijn verlopen, dan mag de kandidaat de Toets besloten terrein eenmalig afleggen met de verlopen resultaten.
• Als de certificering van de opleider in de tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets verloopt, dan wordt deze certificering eenmalig verlengd.
• De tijd tussen de feitelijke toets en de uitgestelde toets mag niet langer dan 4 weken zijn. Als een eerder uitgestelde toets nogmaals wordt uitgesteld, dan geldt alsnog dat de tijd tussen de feitelijke toets en de nogmaals uitgestelde toets niet langer dan 4 weken mag zijn. Het gaat hierbij om de geldigheid van alle theorie-examens, het praktijkexamen en de Praktische toets, behorende bij het rijbewijs dat de kandidaat wil halen.
Reden wijziging: nieuwe Toets besloten terrein C en C1.Artikel 3.13
Nieuwe toevoeging: nieuw artikelnummer 3.13 Inrichtingseisen Toets besloten terrein C, C1, D, D1 was eerst artikel 3.12. Feitelijke totale massa en lading vervallen en overzicht hulpmiddelen aangepast.Inrichtingseisen Toets besloten terrein C, C1, D, D1
3.13.a het voertuig voldoet op onderstaande punten aan de eisen voor examenvoertuigen voor de betreffende categorie:- de toegestane maximummassa- de wielbasis- de lengte- de breedte- de vormgeving van de opbouw of huif- voertuig moet APK gekeurd zijn
3.13.b het deel van het besloten terrein dat voor de toetsen gebruikt wordt is minimaal 55 meter lang en 25 meter breed.
3.13.c om het besloten terrein heen is een (beperkte) veiligheidszone vereist, dit is afhankelijk van de omstandigheden ter plaatse.
3.13.d het terrein is besloten en verhard.
3.13.e het terrein is voorzien van een spiegelafstelplaats.
3.13.f voor aanvang van de toets besloten terrein D/D1 is op het terrein zowel de linksom (A) als rechtsom (B) variant klaargezet.
3.13.g op of rondom het terrein mogen geen referentiepunten worden aangebracht met als (kennelijk) doel de kandidaat te ondersteunen bij het uitvoeren van de oefeningen. Een uitzondering hierop vormen herkenningstekens op de ondergrond op de posities waar de hulpmiddelen (zie onder) worden geplaatst. Deze herkenningstekens zijn echter zodanig aangebracht dat ze vanuit de cabine van het examenvoertuig niet opvallend zichtbaar zijn.
3.13.h onderstaande hulpmiddelen moeten ten minste aanwezig zijn tijdens de toets.Pylonen Stokken minimaal 50 cm en maximaal 75 cm hoog de hoogte van de stokken moet zijn afgestemd op de hoogte van de spiegel van het voertuig, het is de bedoeling dat de onderkant van de spiegel lager is dan de bovenkant van de stok, zodanig dat de spiegel de stok raakt bij overschrijding van de ruimte pylonen moeten zodanig zijn uitgevoerd dat ze bij aanrijding bewegen bij voertuigen met een camera/monitorsysteem moet de stok tenminste zo hoog zijn als de onderkant van het portierraam de stokken moeten zodanig zijn uitgevoerd dat ze rechtovereind blijven staan
3.13.i de afmetingen zoals weergegeven op de tekeningen in de scenario’s (zie hoofdstuk 7) moeten worden gehanteerd. Deze zijn gebaseerd op de minimale wielbasis van examenvoertuigen.
3.13.j wanneer een opleidingsinstituut gebruik wil maken van voertuigen met een (beduidend) afwijkende wielbasis, dan kan in overleg met het CBR afwijkende afmetingen worden vastgesteld.
Reden wijziging: nieuwe Toets besloten terrein C en C1.Artikel 4.2
Wijziging: door gewijzigde nummering van de artikelen is het schema aangepast.1 strafpunt 2 strafpunten 3 strafpunten Artikel: Artikel: Artikel: 3.1.e 3.1.b en 3.1.d 3.1.a en 3.1.c 3.2.a, 3.2.c, 3.2.d, 3.2.e en 3.2.f 3.2.b 3.3.a 3.5.a 3.4.a en 3.4.b 3.5.b en 3.5.c 3.6.a, 3.6.b, 3.6.c, 3.6.f, en 3.6.g 3.6.d, 3.6.e en 3.6.h 3.7.a, 3.7.d, 3.7.e en 3.7.f 3.7.b en 3.7.c 3.8.a en 3.8.e 3.8.b, 3.8.c en 3.8.d 3.9.a, 3.9.c en 3.9.d 3.9.b 3.10.a en 3.10.c 3.10.b 3.11.a, 3.11.c, 3.11.d, 3.11.e, 3.11.h, 3.11.i, 3.11.j en 3.11.k 3.11.b en 3.11.f 3.12.a, 3.12.c, 3.12.d, 3.12.e, 3.12.h, 3.12.i, 3.12.j en 3.12.k 3.12.b, 3.12.f en 3.12.g 3.13.b, 3.13.c, 3.13.d, 3.13.f, 3.13.h, 3.13.i en 3.13.j 3.13.a, 3.13.e en 3.13.g
Reden wijziging: gewijzigde nummering door uit elkaar halen Toets besloten terrein C, C1 en D, D1.
Hieronder een overzicht van de verschuivingen:
3.11 - Eisen toets besloten terrein alleen voor C en C1
3.12 - Eisen toets besloten terrein alleen voor D en D1
3.13 - Nieuw artikelnummer Inrichtingseisen toets besloten terrein C, C1, D, D1Artikel 7.1
Wijziging: De volgende tekst wordt toegevoegd boven het schema met de scenario’s.
‘Hieronder treft u een overzicht van de scenario’s van de toets besloten terrein. Wij laten u eerst een grondsjabloon zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond.’
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 7.2
Wijziging: De volgende tekst wordt toegevoegd boven het schema met de scenario’s.
‘Hieronder treft u een overzicht van de scenario’s van de toets besloten terrein. Wij laten u eerst een grondsjabloon zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond.’
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 7.3
Wijziging: de volledige tekst en alle afbeeldingen worden vervangen.
Reden wijziging: nieuwe Toets besloten terrein C en C1.
Omwille van de leesbaarheid wordt het volledige artikel 7.3 hier niet getoond. Deze tekst is eventueel opvraagbaar bij het serviceteam van CCV.Artikel 7.4
Wijziging: dit artikel komt te vervallen, artikel 7.5 is artikel 7.4 geworden.
Reden wijziging: de scenario’s voor de Toets besloten terrein C en C1 zijn hetzelfde. Alleen het grondsjabloon is anders. Het grondsjabloon voor C1 is nu opgenomen in artikel 7.3. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 januari 2022 Wijzigingen t.o.v. versie 3.1
Artikel 3.4.a
Wijziging: ‘De toetsafnemer kan voor de praktische toets C aantonen dat hij beschikt over een geldig ARBO-certificaat voor het gebruik van de EPT.’ toegevoegd achter de tekst over de WRM bevoegdheid.- De toetsafnemer kan aantonen dat hij beschikt over een geldige WRM bevoegdheid voor de betreffende rijbewijscategorie. De toetsafnemer kan voor de praktische toets C aantonen dat hij beschikt over een geldig ARBO-certificaat voor het gebruik van de EPT.
Reden wijziging: verduidelijking en uniformiteit conform Raamwerk nascholing.Artikel 3.5.a
Wijziging: ‘en eindigen’ wordt verwijderd uit de zin ‘praktijktoetsen beginnen en eindigen op de tijd die in TOP internet is opgevoerd.’- praktijktoetsen beginnen op de tijd die in TOP internet is opgevoerd.
Reden wijziging: de eindtijd ligt niet vast in TOP internet.Artikel 3.9
Wijziging: ‘Voorzien van etiket ‘Deze zijde boven’ toegevoegd achter de hoge kist: - Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (hoogte 190 cm, breedte 30 cm, lengte 50 cm). Voorzien van het etiket ‘Deze zijde boven’.
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 3.9.c
Wijziging: 1. ‘Is geschikt om de toets mee uit te voeren’ wordt verwijderd. 2. ‘De kandidaat mag er niet op staan’ gewijzigd naar ‘De kandidaat mag tijdens de toets niet op de EPT staan.’
Reden wijziging: de eerste tekst is overbodig en de tweede ter verduidelijking.Artikel 3.9 en 3.9.d
Wijziging: 1. ‘Een verpakking bedoeld voor het vervoer van een flatscreen (hoogte 100 cm, breedte 30 cm, lengte 180 cm).’ gewijzigd naar ‘Een verpakking voor het vervoeren van een flatscreen van minimaal 65 inch. 2. ‘Voorzien van etiket 'breekbaar' toegevoegd.
Reden wijziging: huidige maat klopt niet met werkelijkheid, aangepast naar inch en etiket toegevoegd voor volledigheid.Artikel 3.9.b
Wijziging: 3 keer het woord verplicht toegevoegd en de volgende zin toegevoegd ‘Als het voertuig, de laadruimte en de laadklep hier niet aan voldoen, dan kan de toets niet doorgaan.’- het bij de Praktische toets C1/C verplicht gebruikte voertuig, de verplichte laadruimte en de verplichte laadklep moeten voldoen aan de volgende omschrijving. Als het voertuig, de laadruimte en de laadklep hier niet aan voldoen, dan kan de toets niet doorgaan.
Reden wijziging: volledigheid en verduidelijking.Artikel 3.9.b
Wijziging: ‘Die is voorzien van een bedieningskast met afdekklep en massasleutel.’ wordt verwijderd.
Reden wijziging: in de praktijk blijken veel laadkleppen niet voorzien te zijn (of kunnen worden) van afdekklep en massasleutel. De overige vereisten volstaan.Artikel 3.9.c
Wijziging: ’De zes vragensets zijn uniek, er is geen overlap tussen de verschillende sets.’ toevoegen achter ‘De vragen in de vragensets vallen binnen de eindtermen zoals gesteld in de toetsmatrijs.’- De vragen in de vragensets vallen binnen de eindtermen zoals gesteld in de toetsmatrijs. De zes vragensets zijn uniek, er is geen overlap tussen de verschillende sets.
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 6.1
Wijziging: ‘van de luchtvering’ toegevoegd aan de laatste bullit van de eindtermen lading en rij-eigenschappen. - De kandidaat kan de hoogteregeling van de luchtvering bedienen (indien aanwezig) en de functies verklaren.
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 6.1
Wijziging: ‘Aan het einde van dit onderdeel wordt de EPT veilig gezekerd in de laadruimte.’ gewijzigd naar ‘De EPT staat gezekerd in de laadruimte.’
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 6.1
Wijziging:
1. Bovenaan bij ‘Toetsnorm en beoordeling:’ het volgende toevoegen achter Stel 2 aanvullende vragen ‘(over de eindtermen)’.
2. De tekst onder ‘Onderdeel maatregelen bij noodsituaties:’ gewijzigd naar ‘De kandidaat kan aangeven waar wat wordt genoteerd op het Europese schadeformulier op basis van een van onderstaande scenario’s:
• Een eenzijdig ongeval;
• Een ongeval met een zwakkere verkeersdeelnemer;
• Een ongeval met een ander motorvoertuig./
3. De tekst ‘Aanvullende vragen’ gewijzigd naar ‘Eindtermen:’
Reden wijziging: verduidelijking en de tekst algemener omschreven.Artikel 6.1Wijziging: het laatste leerdoel gewijzigd naar ‘De kandidaat kan uitleggen welke invloed weersomstandigheden kunnen hebben op ADAS.’Reden wijziging: verduidelijking.
Artikel 6.1
Wijziging: ‘en is opgesloten door andere lading’ toevoegen achter de zin ‘De kandidaat krijgt de opdracht om één stuk lading eruit te halen (lading die tegen het kopschot staat)’
- De kandidaat krijgt de opdracht om één stuk lading eruit te halen (lading die tegen het kopschot staat en is opgesloten door andere lading).
Reden wijziging: volledigheid.Artikel 6.1
Wijziging: onderaan de pagina wordt de kop de kop ‘Aandachtspunten‘ toegevoegd boven de laatste 2 bullits.
Aandachtspunten:
- Dit onderdeel begint en eindigt met een gesloten laadklep.
- De EPT staat gezekerd in de laadruimte.
Reden wijziging: verduidelijking en uniformiteit.Artikel 6.1
Wijziging: onderaan de pagina wordt de kop ‘Aandachtspunten’ toegevoegd. Met daaronder de zin: Dozen/kratten worden op de grond geplaatst.
Aandachtpunten:Dozen/kratten worden op de grond geplaatst.
Reden wijziging: verduidelijking. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 juli 2021
Wijzigingen t.o.v. versie 3.0In deze versie zijn enkele correcties doorgevoerd in tekst en opmaak. Daarnaast is artikel 3.9 verduidelijkt en uitgebreid.
3.7.d Eisen praktische toets C1/C
Wijziging: ‘alle onderdelen waarbij geladen, gelost of gestuwd moet worden, moeten voldoende zijn. Van de overige 7 onderdelen, moeten er tenminste 5 goed zijn.’ De laatste zin wordt gewijzigd in voldoende in plaats van goed.
Reden wijziging: uniformiteit.3.7.e Eisen praktische toets C1/C
Wijziging: ‘en vervolgens weer voor ieder onderdeel om te bepalen welke vragen gesteld worden’ wordt vervangen door ‘het gegooide cijfer bepaalt ook welke vragenset wordt gebruikt’.
Reden wijziging: het is efficiënter als er maar 1x gegooid hoeft te worden voor zowel de ladingcombinatie als de vragenset.3.9.c
Nieuwe toevoeging: de vragensets zijn toegevoegd aan de eerste zin, ‘bij de Praktische toets C1/C moet gebruik gemaakt worden van verschillende soorten persoonlijke beschermingsmiddelen (PBMs), lading, laad-los- en vastzetmiddelen en vragensets.’
Reden toevoeging: de vragensets moeten beschikbaar zijn.Nieuwe toevoeging: bij de 3 kisten/dozen met afwijkende maten is toegevoegd wat de hoogte, breedte en lengte is. Nieuwe tekst is:
- Hoge kist of iets van gelijke omvang (hoogte 190 cm, breedte 30 cm, lengte 50 cm).
- Een verpakking bedoeld voor het vervoer van een flatscreen (hoogte 100 cm, breedte 30 cm, lengte 180 cm).
- Kist/Doos (hoogte 120 cm, breedte 50 cm, lengte 70 cm).
Reden toevoeging: verduidelijking van de afmetingen.Nieuwe toevoeging:
Zes vragensets
De vragen in de vragensets vallen binnen de eindtermen zoals gesteld in de toetsmatrijs. In artikel 6.1 over het verloop van de Praktische toets C1/C zijn bij de verschillende onderdelen voorbeeldvragen opgenomen. Hieronder een voorbeeldvragenset.
Reden wijziging: verduidelijking gebruik vragensets.3.9.d Ladingcombinaties
Wijziging: in alle ladingcombinaties is bij de 3 kisten/dozen met afwijkende maten toegevoegd wat de hoogte, breedte en lengte is.
Reden wijziging: verduidelijking van de afmetingen.3.9.d Ladingcombinatie 5
Wijziging: de laatste bullit ‘europallet met vaten’ is verwijderd.
Reden wijziging: deze lading staat per abuis 2 keer in deze ladingcombinatie.Artikel 6.1, verloop Praktische toets
Wijziging: bij alle onderdelen met theorievragen is ‘goed’ en ‘correct’ gewijzigd in ‘correct beantwoord’.
Reden wijziging: uniformiteit.Artikel 6.1, verloop Praktische toets, fase 1, onderdeel A, B, C, D
Wijziging: 6 keer het woord minimaal verwijderd bij de toetsnorm en beoordeling.
Reden wijziging: minimaal is overbodig.Artikel 6.1, verloop Praktische toets, fase 1, onderdeel A voorbereiding
Nieuwe toevoeging: in de introductietekst toegevoegd dat het gegooide cijfer ook bepaalt welke vragenset de toetsafnemer gebruikt.
Reden wijziging: verduidelijking gebruik vragenset.Artikel 6.1, verloop Praktische toets, fase 2, onderdeel C
Wijziging: 1 keer het woord minimaal verwijderd bij de toetsnorm en beoordeling.
Reden wijziging: minimaal is overbodig.Artikel 6.1, verloop Praktische toets, fase 2, onderdeel D
Wijziging: de volgende tekst toegevoegd bij toetsnorm en beoordeling.‘Dit onderdeel is onvoldoende als:’
Reden wijziging: deze tekst is per abuis weggevallen.Artikel 6.1, verloop Praktische toets, fase 3, onderdeel A
Wijziging: de aanvullende normering verwijderd.
Reden wijziging: deze tekst stond er per abuis 2 keer.Artikel 6.2 scenario’s praktische toets D1/D
Wijziging: bij de combinatie van scenario’s 7 en 9 is een bullit onbedoeld verschoven. Scenario 9 hoort bij combinatie 7.
Reden wijziging: per abuis verschoven. -
Publicatiedatum wijzigingen in 1 juli 2021
Wijzigingen t.o.v. versie 2.5In deze versie zijn alle wijzigingen doorgevoerd die horen bij de nieuwe Praktischetoets C per 1 juli 2021.
Hoofdstuk 1, 3e alinea
Wijziging: gewijzigd naar ‘Tot slot zijn in dit Raamwerk het verloop van en de toetsmatrijzen voor de Praktische toets en Toets besloten terrein opgenomen.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.6.g
Wijziging: haakjes toegevoegd bij ‘voldoende/onvoldoende’.
Reden wijziging: uniformiteit.Artikel 3.7. Eisen Praktische toets
Nieuwe toevoeging: C1/C toegevoegd. De eisen voor de Praktische toets D1/D zijnverplaatst naar artikel 3.8. Hiermee richt artikel 3.7 zich specifiek op de eisen voor dePraktische toets C1/C en artikel 3.8 op de eisen voor de Praktische toets D1/D.
Reden wijziging: verduidelijking.Artikel 3.7.a
Wijziging: gewijzigd naar ‘de toets duurt ± 60 minuten.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Nieuw artikel 3.7.b
De toets bestaat uit 11 onderdelen:
- PBM’s
- Lading en rij-eigenschappen
- Laadklep en Laadruimte
- Laad-, los-, span, stuw- en vastzetmaterialen
- Laden, stuwen en vastzetten lading
- Illegaliteit en criminaliteit
- Maatregelen bij noodsituaties
- Maatregelen bij gladheid en storingen
- Lossen, stuwen en vastzetten deel lading
- Lossen restant lading
- Afsluiten voertuig.
Alle onderdelen moeten worden getoetst.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.7.c
Wijziging: gewijzigd naar ‘per onderdeel wordt aangegeven wanneer een onderdeel voldoende is, bij de vragen door te benoemen hoe veel vragen correct moeten worden beantwoord; bij het laden en lossen door te benoemen wat de kritieke punten zijn.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.7.d
Wijziging: gewijzigd naar ‘alle onderdelen waarbij geladen, gelost of gestuwd moet worden moeten voldoende zijn. Van de overige 7 onderdelen, moeten er ten minste 5 goed zijn.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.7.d
Wijziging: dit artikel komt te vervallen.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.7.e
Wijziging: dit artikel komt te vervallen.
Reden wijziging: C en D uit elkaar gehaald.Artikel 3.7.f
Wijziging: dit artikel komt te vervallen.
Reden wijziging: C en D uit elkaar gehaald.Artikel 3.7.g
Wijziging: dit artikel wordt 3.7.e omdat de bovenliggende artikelen zijn vervallen. De nieuwe tekst is als volgt: ‘tijdens de Praktische toets C1/C gooit de kandidaat een (digitale) dobbelsteen om een ladingcombinatie te bepalen bij de start van de toets en vervolgens weer voor ieder onderdeel om te bepalen welke vragen gesteld worden.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Nieuw artikel 3.7.f
De vragen worden gesteld gedurende het verloop van de praktische toets gekoppeld aan praktijksituaties. Het is niet de bedoeling dat de vragen voorafgaand aan de toets apart als schriftelijk component worden afgehandeld.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.7.h
Wijziging: dit artikel komt te vervallen.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.8
Wijziging: in dit artikel stonden de inrichtingseisen Praktische toets D1/D. Dit
onderdeel is verplaatst. Het nieuwe artikel 3.8 gaat over de eisen voor de Praktische toets D1/D die voorheen gecombineerd onder 3.7 benoemd werden. De tekst is niet gewijzigd en blijft als volgt:3.8. Eisen Praktische toets D1/D
Voor de Praktische toets gelden de volgende voorwaarden:
3.8.a de Praktische toets D1/D duurt ± 30 minuten.
3.8.b tijdens de Praktische toets D/D1 scoort de kandidaat een voldoende voor een scenario als ten minste twee onderwerpen als voldoende worden beoordeeld.
3.8.c alle getoetste scenario’s moeten voldoende zijn.
3.8.d tijdens de Praktische toets D1/D moet één van de combinaties van scenario’s uit een serie van vastgelegde combinaties worden afgewerkt (zie de
combinaties in hoofdstuk 6).
3.8.e tijdens de Praktische toets D1/D kiest de kandidaat zonder te kijken de
combinatie van scenario’s.
Reden wijziging: C en D uit elkaar gehaald en andere nummering door nieuwe
Praktische toets C.Artikel 3.9.b
Wijziging: gewijzigd naar;
‘het bij de Praktische toets C1/C gebruikte voertuig, de laadruimte en de laadklep moeten voldoen aan de volgende omschrijving:Voertuig:
Een motorrijtuig van de rijbewijscategorie C1 of C met bijbehorend instructieboekje.
Laadruimte (hoeft geen onderdeel te zijn van het voertuig):
- Heeft een diepte van maximaal 4 meter (eventueel te creëren door middel van
bijvoorbeeld een stuwstang op hoogte of een stapel pallets).
- Heeft een breedte van maximaal 255 cm.
- Is ingericht om alle benoemde vastzetmiddelen te gebruiken en onderdelen
volledig uit te kunnen voeren.
- Is voorzien van een laadklep.
- De laadvloer bevindt zich op een hoogte van ten minste de standaard hoogte van een C1 voertuig (ongeveer 80 cm).Laadklep:
- Over de gehele breedte van de laadruimte.
- Met ten minste een hefvermogen van 1000 kg.
- Die LPK gekeurd is.
- Die is voorzien van een bedieningskast met afdekklep en massasleutel.
- Die is voorzien van “voetprints”.
- Die voorzien is van een hefdiagram.’
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.9.c
Wijziging: gewijzigd naar;
‘bij de Praktische toets C1/C moet gebruik gemaakt worden van verschillende
soorten persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s), lading, laad-los- en
vastzetmiddelen. Onderstaande samenstelling moet aanwezig zijn. Als niet alle
genoemde middelen aanwezig zijn, of als de kwaliteit ervan niet volstaat, dan kan de toets niet doorgaan.Lading
- Zware lading (250 kg):
• 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
• gaasboxpallet met een lading van ten minste 250 kg.
• pallet met opzetranden met een lading van ten minste 250 kg.
• (Euro)pallet (afmeting 80 x 120 cm) met vaten met een gezamenlijk gewicht
van ten minste 250 kg.
- 3 kisten/dozen met afwijkende maten:
• Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (190 cm x 50 cm x 30 cm).
• Een verpakking bedoeld voor het vervoer van een flatscreen (180 cm x 100 cm x 30 cm).
• Kist/Doos (120 cm x 70 cm x 50 cm).
- 6 kratten of dozen van 3 verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen):
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- Wasdroger.
- 1 tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm
hoog).
- 1 los vat van minstens 100L met een inhoud van tenminste 50L vloeistof.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 ten minste half beladen).
- Diverse behandelingsetiketten.Hulpmiddelen
Verplicht:
- Steekwagen.
- EPT (Elektronische Pallet Truck) die voldoet aan onderstaande eisen:
• Elektrisch rijden en heffen.
• Voorzien van een noodstop.
• Voorzien van een geldige keuring.
• Met een hefvermogen van minimaal 1000 kg.
• Is geschikt om de toets mee uit te voeren.
• De kandidaat kan er niet op staan.Optioneel:
- Handmatige pompwagen.Vastzetmiddelen (geschikt voor de lading en laadruimte)
- Meerdere spanbanden.
- Meerdere spanstangen en/of meerdere klembalken.
- Antislipmateriaal.
- Vulmaterialen.Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
- Veiligheidsschoenen*.
- Reflecterend hesje of jas*.
- Werkhandschoenen*.
- Veiligheidshelm.
- Veiligheidsbril.
- Gehoorbescherming.
*= draagplicht.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.9.d
Wijziging: gewijzigd naar
‘bij de Praktische toets C1/C moet de lading in de volgende 6 vaste
ladingcombinaties verdeeld zijn: In iedere ladingcombinatie wordt minimaal 1 stuks lading voorzien van een behandelingsetiket. De ladingcombinaties zijn opgenomen op verschillende vrachtbrieven.Ladingcombinatie 1:
- Gaasboxpallet met een lading van ten minste 250 kg.
- Een flatscreen in een verpakking (180 cm x 100 cm x 30 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen) - de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- Wasdroger.Ladingcombinatie 2:
- 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
- Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (190 cm x 50 cm x 30 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen) - de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- 1 los vat van minstens 100L met een inhoud van ten minste 50L vloeistof.Ladingcombinatie 3:
- Pallet met opzetranden met een lading van ten minste 250 kg.
- Kist/Doos (120 cm x 70 cm x 50 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen) - de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- 1 tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm hoog).Ladingcombinatie 4:
- (Euro)pallet (afmeting 80 x 120) met vaten met een gezamenlijk gewicht van ten minste 250 kg.
- Hoge kist of iets van gelijke omvang en massa (190 cm x 50 cm x 30 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
- de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- Wasdroger.Ladingcombinatie 5:
- (Euro)pallet (afmeting 80 cm x120 cm) met vaten met een gezamenlijk gewicht van ten minste 250 kg.
- Flatscreen in een verpakking (180 cm x 100 cm x 30 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
- de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- 1 los vat van minstens 100L met een inhoud van ten minste 50L vloeistof.
- Europallet met vaten.Ladingcombinatie 6:
- 1000L IBC gevuld met ten minste 250 L vloeistof.
- Kist/Doos (120 cm x 70 cm x 50 cm).
- 6 kratten of dozen van verschillende maten (het is voor de kandidaten vanaf de buitenkant duidelijk wat het gewicht is van de verschillende dozen)
- de dozen staan aan het begin en aan het einde van de toets naast elkaar op de grond:
• 2 x 2,5 kg.
• 2 x 5 kg.
• 2 x 10 kg.
- 2 rolcontainers (1 leeg, 1 halfbeladen/volgeladen).
- 1 tafelmodel koelkast of iets van gelijke omvang en massa (ten minste 80 cm
hoog).
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 3.10
Wijziging: de inrichtingseisen Praktische toets D1/D zijn ongewijzigd verplaatst van artikel 3.8 naar artikel 3.10. Hierdoor is de nummering gewijzigd, het oude artikel 3.10 Eisen Toets besloten terrein wordt artikel 3.11.
Reden wijziging: uit elkaar halen Praktische toets C en D.Nieuw artikel 3.11.b
Wijziging: gewijzigd naar ‘(voor de diverse scenario’s zie hoofdstuk 7)’ en verplaatst in de zin.
Reden wijziging: verplaatsing en kleine aanvulling.Artikel 3.11 wordt artikel 3.12
Wijziging: nummering gewijzigd, artikel 3.11 Inrichtingseisen Toets besloten terrein wordt artikel 3.12.
Reden wijziging: uit elkaar halen Praktische toets C en D.Artikel 4.2
Wijziging: door gewijzigde nummering van de artikelen is het schema aangepast naar:1 strafpunt 2 strafpunten 3 strafpunten Artikel: Artikel: Artikel: 3.1.e 3.1.b en 3.1.d 3.1.a en 3.1.c 3.2.a, 3.2.c, 3.2.d, 3.2.e en 3.2.f 3.2.b 3.3.a 3.5.a 3.4.a en 3.4.b 3.5.b en 3.5.c 3.6.a, 3.6.b, 3.6.c, 3.6.f, en 3.6.g 3.6.d, 3.6.e en 3.6.h 3.7.a, 3.7.d, 3.7.e en 3.7.f 3.7.b en 3.7.c 3.8.a, 3.8.e en 3.8.f 3.8.b, 3.8.c, 3.8.d en 3.8.g 3.9.a, 3.9.c en 3.9.d 3.9.b 3.10.a en 3.10.c 3.10.b 3.11.a, 3.11.c, 3.11.d, 3.11.e, 3.11.h, 3.11.i, 3.11.j en 3.11.k 3.11.b, 3.11.f en 3.11.g 3.12.b, 3.12.c, 3.12.d, 3.12.f, 3.12.h, 3.12.i en 3.12.j 3.12.a, 3.12.e en 3.12.g Reden wijziging: gewijzigde nummering door uit elkaar halen Praktische toets
C en D.
Hieronder een overzicht van de verschuivingen:
3.7 nieuwe alleen eisen praktische toets C
3.8 eisen praktische toets D
3.9 idem (inrichtingseisen praktische toets C)
3.8 3.10 Inrichtingseisen D1/D
3.10 3.11 Eisen toets besloten terrein
3.11 3.12 Inrichtingseisen toets besloten terreinHoofdstuk 6: Scenario’s en toetsmatrijzen Praktische toets
Wijziging: naam van het hoofdstuk gewijzigd naar ‘verloop en toetsmatrijzen
Praktische toets’.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.Artikel 6.1
Wijziging: naam van het artikel gewijzigd naar ‘verloop Praktische toets C1 en C.’
Wijziging: de inhoud van dit artikel is gewijzigd.
Reden wijziging: nieuwe Praktische toets C.
Omwille van de leesbaarheid worden de volledige artikel 6.1 hier niet getoond. Deze teksten zijn eventueel opvraagbaar bij het serviceteam van CCV.Artikel 6.1 Scenario’s Praktische toets D1 en D
Wijziging: artikel 6.1 richt zich nu specifiek op het verloop van de Praktische toets C1 en C daardoor is de nummering gewijzigd. Artikel 6.1 is artikel 6.2 geworden.
Reden wijzing: andere nummering door nieuwe Praktische toets C.Artikel 6.2 Toetsmatrijs Praktische toets Vrachtauto
Wijziging: artikel 6.2 is artikel 6.3 geworden.
Wijziging: toetsmatrijs is gewijzigd.
Reden wijziging: andere nummering en aangepaste toetsmatrijs door nieuwe
Praktische toets C.
Omwille van de leesbaarheid worden de volledige artikel 6.2 hier niet getoond. Deze teksten zijn eventueel opvraagbaar bij het serviceteam van CCV.Artikel 6.3
Wijziging: artikel 6.3 is artikel 6.4 geworden.
Reden wijzing: andere nummering door nieuwe Praktische toets C.Hoofdstuk 7
Nieuwe toevoeging: ‘Hieronder treft u een overzicht van de toetsscenario’s op het besloten terrein. Wij laten u eerst een voorbeeldplattegrond met bijbehorende uitleg zien. Dit is een algemene plattegrond, die nog niet is toegespitst op een specifiek scenario. Per scenario krijgt u vervolgens plattegronden te zien waarop het te doorlopen scenario wordt uitgewerkt op de plattegrond.’
Reden wijzing: korte inleiding ter verduidelijking toegevoegd.Toets besloten terrein D1, scenario 1
Wijziging: 3 maal ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein D1, scenario 3
Wijziging: ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende
systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein D, scenario 1
Wijziging: 3 maal ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein D, scenario 3
Wijziging: ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende
systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein C1, scenario 1
Wijziging: 3 maal ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein C1, scenario 3
Wijziging: ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende
systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein C, scenario 1
Wijziging: 3 maal ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit.Toets besloten terrein C, scenario 3
Wijziging: ‘zichtverbeterende systemen’ gewijzigd in ‘zichtveldverbeterende
systemen’.
Reden wijziging: uniformiteit. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 juli 2020
Wijzigingen t.o.v. versie 2.4Hoofdstuk 1 pagina 2
Nieuwe toevoeging (onderaan hoofdstuk 1): Bezwaar op voorgenomen wijzigingen kunnen tot zes weken na publicatie kenbaar worden gemaakt via
ccv.certificering@cbr.nl.
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.Artikel 3.3.a
Wijziging: toevoegen dat een buitenlands rijbewijs niet wordt geaccepteerd
als identiteitsbewijs.
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.Artikel 3.6.g
Wijziging: het e-mailadres klantenservice.ccv@cbr.nl wordt toegevoegd.
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.Nieuw artikel 3.6.i
Nieuwe toevoeging: algemeen: bij gepland systeemonderhoud worden eventuele afwijkende procedures rondom administratie, zoals verwerkingstermijnen, gepubliceerd op TOP internet onder de CCV mededelingen.
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.Artikel 4.3
Nieuwe toevoeging 1: De volgende alinea wordt toegevoegd onderaan 4.3: “Horen. Voordat het CBR de erkenning van een opleidingsinstituut schorst of intrekt, gaat het CBR in gesprek met het opleidingsinstituut. Hierna neemt het CBR een besluit tot schorsing of intrekking.”
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.
Nieuwe toevoeging 2: De volgende alinea wordt onderaan toegevoegd: “Tussen sancties. Komt het aantal strafpunten uit tussen twee verschillende sancties? Dan krijgt u de sanctie die daaraan voorafgaat, behalve als u deze sanctie al heeft gehad. In dat geval wordt het strafpunt wel toegekend, maar wordt er geen aanvullende sanctie opgelegd. Voorbeeld: u bent met nul strafpunten begonnen en krijgt drie strafpunten. In dit geval wordt sanctie 1 opgelegd. Het resterende strafpunt telt wel mee. Staat u op twee strafpunten en krijgt u één extra strafpunt? Dan wordt niet opnieuw sanctie 1 opgelegd. Wel telt het nieuwe strafpunt mee.”
Reden wijziging: aansluiting bij Raamwerk Nascholing.Artikel 3.10.e
Wijziging en nieuwe toevoeging: "alle zeven scenario’s moeten veilig en vloeiend worden uitgevoerd. Wanneer één van de scenario’s onvoldoende wordt uitgevoerd, moet de toets als onvoldoende worden beschouwd.”
Reden wijziging: ter verduidelijking dat alle zeven scenario’s voldoende uitgevoerd moeten worden.Artikel 3.7.b
Wijziging: “de kandidaat scoort een voldoende voor een scenario als ten minste twee onderwerpen als voldoende worden beoordeeld.”
Reden wijziging: scenario 3 van de praktische toets D/D1 bestaat uit vier
onderwerpen. Daarom tekst aangepast.Artikel 3.8.b
Wijziging en nieuwe toevoeging: “Een in bedrijf zijnde OV-bus of (mini) touringcar waar voor het besturen een rijbewijs D1 vereist is. Een in bedrijf zijnde OV-bus of (mini) touringcar waar voor het besturen een rijbewijs D vereist is.”
Reden wijziging: ter verduidelijking dat een voertuig waar slechts B rijbewijs voor nodig is niet is toegelaten.Artikel 3.8.c
Wijziging: rolstoel/fiets en/of rollator (bij D1 en D). Toevoegen fiets.
Reden wijziging: conform scenario 4 op pagina 20/21 hier ook fiets toegevoegd in verband met uniformiteit. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 januari 2020
Wijzigingen t.o.v. versie 2.3Artikel 3.2.f
Nieuwe toevoeging: wijzigingen die van invloed zijn op de reeds goedgekeurde
locatie dienen direct doorgegeven te worden aan ccv.certificering@cbr.nl.
Reden wijziging: er vinden soms wijzigingen plaats op een reeds goedgekeurde
locatie. Door deze wijziging (toiletten afgebroken bijvoorbeeld) voldoet de
locatie niet meer aan de door ons gestelde eisen. Wijzigingen die impact
hebben op de reeds goedgekeurde locatie dienen direct doorgegeven te worden aan ccv.certificering@cbr.nl. Zo kan het team bepalen of er een periode moet worden ingesteld waarin de opleider de locatie weer kan laten voldoen aan de eisen. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 oktober 2019
Wijzigingen t.o.v. versie 2.2Artikel 3.5.a
Wijziging: een tijdswijziging van de deadline op zaterdag van 18.00 naar 19.00 uur, 5 mei wordt alleen in de lustrumjaren nog gezien als een nationale feestdag.
Reden wijziging: hiermee worden de tijden gelijkgetrokken met de bij nascholing gehanteerde termijnen. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 juli 2019
Wijzigingen t.o.v. versie 2.1Algeheel
Wijziging: het raamwerk wordt weer opgemaakt in de huisstijl waardoor
paginanummers kunnen gaan verschuiven.
Reden wijziging: de vorige versie van het raamwerk was foutief niet in huisstijl
opgemaakt.Artikel 3.6.b
Wijziging: aan het artikel wordt toegevoegd “… door de kandidaat van de toets te halen”.
Reden wijziging: de huidige tekst impliceert dat de opleider zelf een praktijktoets direct kan annuleren. Deze toevoeging geeft concreet aan hoe een toets geannuleerd wordt.Hoofdstuk 7: Scenario’s en toetsmatrijs Toets besloten terrein
Toets besloten terrein D1, scenario 2 (p. 39)
Wijziging: “[…] op de startpositie voor oefening 2a of 2b […]” wordt vervangen door “de kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
Reden wijziging: er is geen sprake van een oefening 2a of 2b.Toets besloten terrein D, scenario 2 (p. 60)
Wijziging: “[…] op de startpositie voor oefening 2a of 2b […]” wordt vervangen door “de kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
Reden wijziging: er is geen sprake van een oefening 2a of 2b.Toets besloten terrein C1, scenario 2 (p. 81)
Wijziging: “[…] op de startpositie voor oefening 2a of 2b […]” wordt vervangen door “de kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
Reden wijziging: er is geen sprake van een oefening 2a of 2b.Toets besloten terrein C, scenario 2 (p. 102)
Wijziging: “[…] op de startpositie voor oefening 2a of 2b […]” wordt vervangen door “de kandidaat positioneert zelf het voertuig op de startpositie.
Reden wijziging: er is geen sprake van een oefening 2a of 2b. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 juli 2018
Wijzigingen t.o.v. versie 2.03.6. Eisen administratie TOP internet
Artikel 3.6.b
Wijziging: het artikel wordt gewijzigd in ‘praktijktoetsen, uiterlijk 2 dagen van
tevoren, worden aangemeld in TOP internet. Tot het einde van de dag voorafgaande aan de toets, kan een praktijktoets geannuleerd worden’.
Reden wijziging: ter verduidelijking tot wanneer een toets geannuleerd mag worden.Artikel 3.6.h
Wijziging: het artikel wordt gewijzigd in ‘Tot 3 maanden na de praktijktoets kan, tegen betaling van administratiekosten en overleg van bewijs van aanwezigheid, het resultaat aangepast worden door onze administratie’.
Reden wijziging: deze administratieve wijziging is niet mogelijk als de toets langer dan 3 maanden geleden heeft plaatsgevonden.3.8. Inrichtingseisen Praktische toets D1/D
Artikel 3.8.b
Wijziging: de in bedrijf zijnde OV-bus wordt aangevuld met ‘van ten minste de
categorie D1’ en ‘van ten minste de categorie D’.
Reden wijziging: ter verduidelijking.Artikel 3.8.c
Wijziging: zowel bij Praktische toets D1 als D is de fiets toegevoegd.
Reden wijziging: de fiets stond wel vermeld bij scenario 4, maar ontbrak in dit artikel.7.3 Scenario’s toets besloten terrein C1
Afbeeldingen
Wijziging: de zin ‘XL (extra laag) = pylon waar de vooroverbouw van de bus overheen kan zwenken’ is verwijderd.
Reden wijziging: niet van toepassing bij C1.7.4 Scenario’s toets besloten terrein C
Afbeeldingen
Wijziging: de zin ‘XL (extra laag) = pylon waar de vooroverbouw van de bus overheen kan zwenken’ is verwijderd.
Reden wijziging: niet van toepassing bij C.Praktische toets C/C1, scenario 5
Wijziging: ‘gladheid of storingen’ is gewijzigd in ‘gladheid en/of storingen’.
Reden wijziging: gladheid en storingen mogen ook in combinatie behandeld worden. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 januari 2018
Wijzigingen t.o.v. versie 1.5Het Raamwerk Praktijktoetsen is herschreven zodat het makkelijker te lezen is.
Inhoudelijk zijn de eisen, voorwaarden, scenario’s en toetsmatrijzen van de
Praktische toets en de Toets besloten terrein ongewijzigd gebleven. Het sanctiemodel ziet er nu anders uit. Het oude sanctiemodel bestond uit twee modellen, één op erkenningsniveau en één op certificeringsniveau. Dit is nu teruggebracht naar één model, alleen op erkenningsniveau. De werking van het nieuwe model is niet anders dan het oude model; er zullen niet sneller of vaker sancties opgelegd worden en de sancties zijn even zwaar. Het nieuwe sanctiemodel wordt toegepast in alle Raamwerken voor producten die het CBR certificeert. Zo zorgen wij voor uniformiteit, eenvoud en transparantie. Aan het Raamwerk is Hoofdstuk 8 toegevoegd waarin een verklarende woordenlijst staat. -
Publicatiedatum wijzigingen juli 2017
Wijzigingen t.o.v. versie 1.44.2.3. Eisen toetsmoment
Artikel 4.2.3.a.
Wijziging: het artikel wordt gewijzigd in “praktijktoetsen plaatsvinden tussen de begin- en eindtijd zoals aangegeven in TOP. Praktijktoetsen mogen plaatsvinden op: maandag tot en met vrijdag tussen 7.00 uur en 22.00 uur…”.
Reden wijziging: ter verduidelijking”.4.2.5 Inrichtingseisen praktische toets D1/D
Artikel 4.2.5.b.
Wijziging: toevoeging van (mini)touringcar bij de uitvoering van de praktische toets D1/D.
Reden wijziging: het betreft een correctie.4.2.6. Inrichtingseisen praktische toets C1/C
Artikel 4.2.6.b.
Wijziging: er staat beschreven dat de aanhanger qua opbouw en maatvoering moet voldoen aan de voertuigeisen C1/C. Deze ruimte is echter beperkt tot 4 meter.
Reden wijziging: het betreft een correctie.4.2.8. Inrichtingseisen toets besloten terrein
Artikel 4.2.8.a.
Wijziging: de eis betreft het afdekken van de extra spiegels van de juridische bestuurder is verwijderd.
Reden wijziging: het betreft een correctie.4.2.8. Inrichtingseisen toets besloten terrein
Artikel 4.2.8.i.
Wijziging: er werd verwezen naar hoofdstuk 8, dit moet echter hoofdstuk 9 zijn.
Reden wijziging: het betreft een correctie.Praktische toets C/C1, scenario 2:
Laden, stuwen, lossen en vastzetten van de lading
Onder ‘Aandachtspunten’
Wijziging: op dit moment kan bij het laden of lossen, de lading die in de vrachtauto staat (om gelost te worden), ook weer gekozen worden als combinatie die geladen moet worden. Dit is niet de bedoeling. Bij scenario 2 is het de bedoeling dat na het laden of lossen van een bepaalde ladingcombinatie, daarna gekozen wordt uit de 5 overgebleven ladingcombinaties.
Reden wijziging: ter verduidelijking -
Publicatiedatum wijzigingen 1 januari 2017
Wijzigingen t.o.v. versie 1.34.2.3. Eisen toetsmoment
4.2.3.a.: De tijden waarop de praktijktoetsen mogen plaatsvinden zijn verruimd. De tijden zijn als volgt aangepast: praktijktoetsen mogen plaatsvinden op: maandag tot en met vrijdag tussen 7.00 uur en 22.00 uur en op zaterdag tussen 7.00 uur en 18.00 uur. Op zondagen en landelijke feestdagen (met uitzondering van 5 mei en Goede vrijdag) mogen er geen praktijktoetsen plaatsvinden.
Toegevoegd:
Artikel 4.2.3.k: Als een toets besloten terrein vanwege de weersomstandigheden wordt uitgesteld, dan wordt de toets als ‘afgebroken’ geregistreerd in TOP internet. Voor het inplannen van de vervangende toets gelden de onderstaande uitgangspunten:
- De kandidaat die de uitgestelde toets aflegt op een tijdstip dat het resultaat/de resultaten van zijn theorie-examen(s), praktijkexamen en/of praktische toets is/zijn verlopen, mag eenmaal met dit/deze verlopen resultaat/resultaten een toets besloten terrein doen.
- Als in de tijd tussen de uitgestelde toets en de feitelijke toets de certificering van de opleider voor de toets besloten terrein verloopt, dan wordt deze certificering eenmalig verlengd.
- De tijd tussen de uitgestelde toets en de feitelijke toets mag niet meer bedragen dan vier weken. Wordt een eerder uitgestelde toets nogmaals uitgesteld, dan geldt opnieuw dat de tijd tussen de uitgestelde toets en de feitelijke toets niet meer dan vier weken mag bedragen. Het gaat hierbij om de geldigheid van alle theorieexamens, het praktijkexamen en de praktische toets, behorend bij het rijbewijs dat de kandidaat wil halen.4.2.7. Eisen toets besloten terrein
Artikel 4.2.7.e. bij de beoordeling van de toets besloten terrein dienen de scenario’s veilig en vloeiend uitgevoerd te worden. De toevoeging ‘met juist gebruik van de koppeling en het gaspedaal’ is verwijderd omdat opdracht ook met automaat uitgevoerd kan worden.
Artikel 4.2.7.j. bij de scenario’s 2 en 4 (achteruitrijden met precisiestop) mag maximaal tweemaal worden uitgestapt om de juiste afstand te bepalen. Dit is aangepast in de omschrijving van scenario 2 (C1, C, D1 en D) waar stond vermeld dat kandidaten “een aantal keer” mogen uitstappen. -
Publicatiedatum wijzigingen 1 januari 2016;
Wijzigingen t.o.v. versie 1.24.1.3 Eisen legitimatie
“legitimatie” en “legitimatiebewijs” is vervangen door “identificatie” en
“identiteitsbewijs”.4.2.6. Inrichtingseisen praktische toets C1/C
Onder 4.2.6.d. is gewijzigd dat er 3 (i.p.v. 4) rolcontainers aanwezig moeten zijn waarvan tenminste 1 lege en 1 met minimaal 100 kg.4.2.8. Inrichtingseisen toets besloten terrein
4.2.8.a: De eisen van het examenvoertuig zijn gewijzigd. Het voertuig hoeft niet meer te voldoen aan alle eisen van een examenvoertuig voor de praktijkexamens maar alleen aan onderstaande eisen:
- de toegestane maximummassa
- de feitelijke totale massa
- de lading
- de wielbasis
- de lengte
- de breedte
- de vormgeving van de opbouw of huif
4.2.8.a.: De volgende toevoeging is verwijderd:
“behalve de eis van een dubbele bediening en een derde zitplaats.”6.2 Sanctionering
'intrekking' is vervangen door 'schorsing'.Praktische toets D/D1, scenario 1:
Voorbereiding rit en instrueren passagiers bij vertrek
Onder Voertuigdocumenten:
- 'Kentekenbewijs' is vervangen door ' Kentekencard'.
Onder Chauffeursdocumenten:
- '(medibuspas)' achter Geneeskundige verklaring is verwijderd.
- 'Patronaal attest (vrije dagen)' is verwijderd.8.2 Scenario’s praktische toets C1 en C
- Tijdsduur bij 4. Maatregelen bij noodsituaties is gewijzigd in 5 minuten
(i.p.v. 10 minuten).Praktische toets C/C1, scenario 2:
Laden, stuwen, lossen en vastzetten van de lading
- Aandachtpunten is aangevuld met de volgende zin:
“De 2 dozen die deel uitmaken van iedere ladingcombinatie, worden door de
kandidaat getild.” -
Datum wijziging 1 juli 2015
Wijzigingen t.o.v. versie 1.1Praktische toets D/D1, scenario 3 (p. 18)
- Doel scenario is aangevuld met volgende zin:
‘Voldoende beheersen van de sociale vaardigheden en technieken om te
communiceren met doven en slechthorenden, personen met een visuele
handicap, mensen met spraakproblemen en mensen met leermoeilijkheden.’
- Onderwerp is aangevuld met: ‘Gehandicapten’.Praktische toets D/D1, scenario 4 (p. 19)
- Doel scenario is aangevuld met volgende zin:
‘Zorgvuldige omgang met rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen om
schade te vermijden.’
- Uitvoering is aangevuld met volgende zin:
‘Voorkomen van schade aan mobiliteitshulpmiddelen.’Toetsmatrijs Praktische toets bus
- Benaming eindtermen 1 en 2 aangevuld met zin:
‘bijlage II onderdeel a verordening 181/2011’
- Afbakening toetsterm 2.1 aangevuld met zin:
‘Zorgvuldige omgang met rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen om
schade te vermijden.’ -
Publicatiedatum 2 januari 2015
Wijzigingen t.o.v. versie 1.0Artikel 4.1.3.a.
“bij” aanvang van de praktijktoets… vervangen door “voor” aanvang van de
praktijktoets.Artikel 4.2.2.a.
WRM “certificaat” vervangen door WRM “bevoegdheid”.Artikel 4.2.3.e.
“uiterlijk binnen 4 dagen na afloop van de praktijktoets…” vervangen door “uiterlijk 4 dagen na afloop van de praktijktoets…”.Artikel 4.2.3.j.
Nieuw artikel.Artikels 4.2.4.f t/m 4.2.4.h
- 4.2.4.f: is nieuw; tijdens de praktische toets D1/D kiest de kandidaat ongezien de combinatie van scenario’s
- 4.2.4.g.: was voorheen lid f
- 4.2.4.h: was voorheen lid gArtikels 4.2.6.
- 4.2.6.a: is nieuw; locatie moet droog en besloten zijn
- 4.2.6.b: was voorheen lid a
- 4.2.6.c: was voorheen lid b
- 4.2.6.d.: was voorheen lid c en aanvullende voetnoot toegevoegd in tabel.Artikel 4.2.7.f.
“aangereden” gewijzigd naar “getoucheerd”.Artikel 4.2.8.h.
Onder ‘Pylonen’:
- “stokken” gewijzigd naar “pylonen”
- “verschuiven” gewijzigd naar “bewegen”
Onder ‘Rood/wit gemarkeerde stokken’:
- Verwijderd: ‘bij de toets besloten terrein C en D moeten de stokken
300 cm hoog zijn.
- Verwijderd: “maar bij een aanrijding omvallen.”Artikel 4.2.8.k.
Artikel verwijderd: “bij scenario 1 geldt dat, bij het gebruik van lesvoertuigen uitgerust met extra spiegels ten behoeve van de juridische bestuurder (instructeur c.q. examinator), deze spiegels afgedekt moeten worden vóór aanvang van de toets”.Praktische toets D/D1, scenario 1:
- “deel 1 en 2” verwijderd bij kentekenbewijs
- “Medipas” gewijzigd naar “Medibuspas”Praktische toets D/D1, scenario 8:
“instructieboekje” gewijzigd naar “chauffeurshandleiding”Praktische toets D/D1, scenario 9:
Uitvoering aangevuld met “invullen achterkant”Praktische toets C/C1, scenario 2:
- Tweede aandachtspunt aangevuld met “en stuwen”: Het is de bedoeling dat deze gedurende de toets in de laadruimte blijft staan en dat de kandidaten de lading hierbij zetten en stuwen.
- Derde aandachtspunt aangevuld met “bij de start”: In de laadruimte moet bij de start behalve de rolcontainer, één van de vastgestelde ladingcombinaties staan.Praktische toets C/C1, scenario 6:
Uitvoering aangevuld met “invullen achterkant”9.1 Scenario’s toets besloten terrein D1
Onder ‘Afbeeldingen’ bij de uitleg van symbolen:
- Lila stip gewijzigd in zwarte stip
- Hoogte rood/wit gemarkeerde stok gewijzigd van “minimaal 3,00 meter hoog
(tenzij in de afbeelding anders aangegeven” naar “(hoogte zoals aangegeven
onder 4.2.8).9.2 Scenario’s toets besloten terrein D
Idem voorgaande wijziging.9.3 Scenario’s toets besloten terrein C1
Idem voorgaande wijziging.9.4 Scenario’s toets besloten terrein C
Idem voorgaande wijziging
Versie 6.0 - 1 januari 2023
ccv-070