Service

Aanvraagprocedure erkenning opleiders Directiechauffeur CCV-D2

Opleidings- en trainingsbureaus die vip- en directiechauffeurs willen opleiden voor het CCV-D1 certificaat, moeten voldoen aan een aantal kwaliteitseisen. Deze kwaliteitseisen zijn in nauw overleg met het College van Deskundigen (CvD) in deze aanvraagprocedure vastgelegd. Door het bewaken van de kwaliteitseisen van de opleiding, wordt de kwaliteit van het certificaat CCV-D2 gewaarborgd. Alleen kandidaten die opgeleid zijn door instituten die voldoen aan de gestelde criteria, kunnen aangemeld worden voor de examens Directiechauffeur DP2.

Het CvD is samengesteld uit vertegenwoordigers van de hierna genoemde belanghebbenden:

  • twee afgevaardigden namens CCV
  • één afgevaardigde namens werkgevers(organisatie)
  • twee afgevaardigden namens opleidingsinstituten
  • twee afgevaardigden namens cliënten
  • één afgevaardigde namens automobielbranche

Een opleidingsinstituut dat gecertificeerd wil worden, dient een opleidingsplan in, waarin omschreven moet zijn hoe wordt voldaan aan de exameneisen en de daarbij horende criteria. Het opleidingsplan dient voldoende inzicht en informatie te verschaffen voor het CvD om een juiste kwaliteitstoetsing te kunnen uitvoeren.

Het toezicht betreft de applicatiedagen. Het toezicht bestaat uit een documentatiecontrole en bezoeken aan de applicatiedagen. De beoordeling van de documentatie is de basis voor de bezoeken. Welke documentatie wordt beoordeeld, kunt u lezen in deze aanvraagprocedure.

Opleiders die voldoen aan de in deze aanvraagprocedure genoemde eisen worden door CCV erkend. Deze erkenning heeft een maximale geldigheid van vijf jaar . De documentatiecontrole wordt dan ook in principe eenmaal per vijf jaar, bij eerste afgifte of verlenging van de erkenning, uitgevoerd. U dient ons schriftelijk te informeren over wijzigingen die tussentijds door u worden doorgevoerd in de
opleiding.

De steekproefnemers die CCV inzet voor het toezicht zijn onafhankelijk van de opleiders Directiechauffeur. Het toezichtmodel dat als basis dient voor deze bezoeken treft u aan onder het kopje 'Toezichtmodel Directiechauffeur'

Alle opleiders met een erkende Directiechauffeur opleiding vermelden wij op onze website

Het door te lopen traject om te komen tot een erkenning is als volgt:

Stap 1:
Het opleidingsinstituut downloadt van de CBR website de benodigde
documenten.
Doorlooptijd: --

Stap 2:
De download bevat naast deze procedure de volgende bijlagen:
• Toezichtmodel
• Kwaliteitscriteria opleiding
• Verlengen van certificaten
• Randvoorwaarden online CBT
• Inrichtingseisen oefenterrein
Doorlooptijd: --

Stap 3:
Het opleidingsinstituut stuurt het ingevulde aanvraagformulier terug, met daarbij een opleidingsplan waarin is uitgewerkt hoe invulling wordt gegeven aan de theorie- en praktijkopleiding.
De actuele exameneisen voor theorie en praktijk kunt u downloaden onder:
Exameneisen DP2

Indien het instituut nog niet als opleidingsinstituut bij CBR/CCV is ingeschreven, dient ook de aanvraag daarvoor op de gebruikelijke manier doorlopen te worden. Zie hiervoor de website.
Doorlooptijd: --

Stap 4:
De verstrekte informatie wordt op compleetheid gecontroleerd door de
productmanager van CCV. Pas wanneer de informatie compleet is, wordt
deze beoordeeld door een werkgroep. Deze werkgroep bestaat uit twee
leden van het CvD en de productmanager. De vertegenwoordigers van de
opleidingsinstituten uit het CvD kunnen en mogen niet deelnemen in deze
werkgroep. De werkgroep rapporteert aan het voltallige CvD.
Doorlooptijd: 4 weken

Stap 5:
Het CvD brengt middels een schriftelijke ronde advies uit aan CCV. De leden
van het College baseren hun advies op een overzicht waarin de bevindingen
van de werkgroep beschreven zijn.
Het CvD kan haar advies aan CCV ook uitbrengen tijdens een bijeenkomst.
Deze bijeenkomsten zijn in de regel twee keer per jaar (in juni en
november).
Doorlooptijd: 2 weken

    Zodra CCV alle benodigde informatie heeft ontvangen om de aanvraag voor certificering te kunnen behandelen, wordt het resultaat binnen een termijn van zes weken aan het opleidingsinstituut gecommuniceerd. Als van deze termijn door omstandigheden afgeweken moet worden, dan wordt het opleidingsinstituut hier tijdig van op de hoogte gebracht.

    Toezichtmodel Directiechauffeur

    Middels steekproeven houdt CCV toezicht op de opleiders. De steekproef vindt plaats tijdens de applicatiedagen, als de opleiding daadwerkelijk gegeven wordt door de opleider. De aanwezigheid van de inhoudsdeskundige bij de opleiding zal gemiddeld twee uur zijn. De bezoeken vinden waar mogelijk onaangekondigd binnen Nederland plaats.

    Op basis van de bevindingen van de steekproefnemer zal CCV, indien nodig, rapporteren aan het opleidingsinstituut en zullen eventuele aanvullende of specifieke afspraken vastgelegd worden. Sancties kunnen er zijn in de vorm van waarschuwingen, opschorten/intrekken erkenning et cetera. De sancties zijn nader uitgewerkt in het sanctiereglement CCV-D1 en CCV-D2.

    Gelet op de kosten die verbonden zijn aan het uitvoeren van de steekproeven worden hiervoor kosten in rekening gebracht. Het actuele tarievenoverzicht vindt u op onze website. Deze bijdrage wordt automatisch van de rekening courant afgeschreven.

    Het opleidingsinstituut is verplicht alle wijzigingen met betrekking tot instructeurs, oefenterreinen en voertuigen schriftelijk door te geven aan CCV. Dit kan door een e-mail te sturen aan Katje van den Beld

    Kwaliteitscriteria opleiding

    Instructeurs

    De instructeurs dienen in het bezit te zijn van een geldige WRM-certificaat bevoegdheid B. Een kopie van het bewijs dient bij de aanvraag te worden meegezonden.

    Instructie- en examenvoertuigen

    De gebruikte voertuigen dienen minimaal aan te sluiten bij het formaat van de in de praktijk gangbare directieauto’s zoals Mercedes E-klasse, BMW 5-serie, Volvo S90, Audi A6, Jaguar XF en Infinity Q70.
    De voertuigen dienen te beschikken over voldoende motorvermogen, zodat alle instructieonderdelen op een veilige en beheerste wijze kunnen worden geïnstrueerd.
    Daarnaast dienen zij te voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • Maximaal vier jaar oud
    • Voorzien van dubbele bediening
    • Voorzien van een automatische versnellingsbak
    • Sedan uitvoering
    • Centrale portiervergrendeling
    • Airconditioning
    • Navigatieapparatuur

    Naast de inrichtingseisen dient er voor de instructievoertuigen een Ongevallen Verzekering voor Inzittenden of een Schadeverzekering Inzittenden afgesloten te zijn. Het voertuig dient zowel tijdens het praktijkexamen als tijdens een steekproef door CCV verzekerd te zijn als instructievoertuig. Voor het rijden op een afgesloten oefenterrein moet een extra verzekering afgesloten zijn.
    Kopieën van het kentekenbewijs en de verzekeringsbewijzen dienen bij de aanvraag te worden meegezonden.

    Praktijkopleiding
    De praktijkopleiding dient te worden omschreven in een leergang Basisopleiding Directiechauffeur CCV-D2. De leergang geeft een duidelijke omschrijving van:

    • De doelstelling
    • De doelgroep
    • De instructieonderdelen
    • Beginniveau
    • Cursusduur, minimaal vier dagen
    • Het aantal deelnemers, maximaal twee cursisten per instructeur per auto
    • Cursusplaats

    De exameneisen voor de praktijkopleiding zijn omschreven in de toetsmatrijs DP2.
    Deze kunt u downloaden vanaf de volgende pagina.
    Normaliter is de opleiding vier dagen aaneengesloten, van maandag tot en met donderdag, direct voorafgaand aan de examens op vrijdag.

    Oefenterrein
    Aan het begin van de opleiding dienen met betrekking tot de onderwerpen voertuigbediening en voertuigbeheersing een aantal basisvaardigheden te worden getraind op een speciaal daarvoor ingericht oefenterrein. Het opleidingsinstituut dient te kunnen aantonen dat zij gebruik mogen maken van één van de volgende afgesloten oefenterreinen:

    • Politieacademie locatie Lelystad, Verkeersveiligheidcentrum
    • RDW Test Centrum Lelystad (TCL)

    Indien men gebruik wenst te maken van een ander terrein, dient dit vooraf ter goedkeuring aan het CvD te worden voorgelegd. CCV beslist op basis van het advies van het CvD of het voorgestelde oefenterrein gebruikt kan worden voor de praktijkonderdelen. De inrichtingseisen voor het oefenterrein staan onder het kopje
    Inrichtingseisen oefenterrein'.

    Conformiteit
    Deelnemende opleidingsinstituten dienen zich te onthouden van negatieve uitingen in de publiciteit die het imago van en het product CCV D2 kunnen schaden.

    Verlengen van certificaten en voorwaarden applicatiedagen

    Verlenging
    Het CCV D2-certificaat is vijf jaar geldig. Om in het bezit te blijven van een geldig certificaat Directiechauffeur moet iemand minimaal drie trainingsdagen bij een CCV erkend opleidingsinstituut volgen. Deze drie dagen moeten bestaan uit minimaal twee praktijkapplicatiedagen en maximaal één theorie-applicatiedag. De applicatiedagen moeten binnen de geldigheid van het certificaat plaatsvinden.

    De opleider meldt de applicatiedagen aan in het TOP systeem van CCV. Als aan de opleidingsverplichting is voldaan kan de bevoegdheid verlengd worden met een termijn van 5 jaar.

    CCV vervaardigt hiertoe het nieuwe certificaat. De kosten hiervoor vindt u in het tarievenoverzicht. Deze kosten voor aanmelding per kandidaat worden door CCV afgeboekt van de rekening courant van de opleider.

    Het nieuwe certificaat wordt naar de certificaathouder gestuurd.

    Als de laatste trainingsdag wordt gevolgd binnen 365 dagen voordat het certificaat verloopt (b.v. op 15 mei 2013 voor een certificaat dat geldig is tot 1 april 2014), dan krijgt die persoon een nieuw certificaat met als ingangsdatum de verloopdatum van het oude certificaat (1 april 2014).
    Volgt die persoon de laatste trainingsdag eerder (b.v. 2 februari 2013), dan geldt als ingangsdatum de datum van uw laatste trainingsdag (2 februari 2013) plus 5 jaar, dus 2 februari 2018.

    Als u de derde trainingsdag volgt nadat uw certificaat is verlopen, dan moet die persoon opnieuw deelnemen aan de basisopleiding en de examens Directiechauffeur.

    Voorwaarden applicatiedagen
    Alleen applicatietrainingen die voldoen aan onderstaande voorwaarden kunnen meegerekend worden bij de verlenging van het certificaat.

    {"id":692974,"type":"table","url":"","rows":[["Opleidingsinstituut:","De applicatiedagen kunnen uitsluitend verzorgd worden door opleidingsinstituten die erkend zijn voor de CCV-D2 opleiding."],["Instructeurs:","Instructeurs dienen in het bezit te zijn van een geldige WRMcertificaat bevoegdheid B."],["Voertuigen:","Voertuigen zoals die zijn toegelaten voor de opleiding voor CCV-D1."],["Oefenterrein:","Oefenterreinen die zijn erkend voor de opleiding voor CCV-D1."],["Cursisten per instructeur:","Maximaal twee cursisten per instructeur per auto (praktijkapplicatiedagen)."],["Cursisten theorie-applicatiedag:","Maximaal 20."],["Niveau applicatiedagen:","Ten minste vergelijkbaar met het vereiste eindniveau van de basisopleiding. Maximaal één dagdeel per dag op oefenterrein"],["Duur:","Iedere applicatiedag duurt minimaal 7 uur (exclusief pauzes)."],["Kwaliteitsbewaking:","Inhoud en uitvoering van applicatiedagen maken onderdeel uit van de kwaliteitscontrole."],["Registratie:","Opleidingsinstituten registreren de applicatiedagen in het TOP internet systeem. Geregistreerd worden ten minste: gegevens cursist, naam instructeur, en plaats(en) van de training."]]}

    Zie voor meer informatie ook de ‘Algemene eisen bij de verlenging van certificaten Directiechauffeur CCV-D1 en CCV-D2’. Deze vindt u op de website.

      Inrichtingseisen oefenterrein


      Toegankelijkheid:
      Het oefenterrein is een afgesloten gebied en alleen toegankelijk met toestemming van de beheerder.

      Bedrijfshulpverlening:
      In geval van calamiteiten kan altijd een beroep worden gedaan op de ter plaatse aanwezige bedrijfshulpverlening.

      Inrichting van het oefenterrein:
      Het oefenterrein is dusdanig ingericht, dat de veiligheid voor alle aanwezigen de prioriteit heeft. Voorbeelden hiervan zijn:

      • Gebruik van een portofoon: de aanwezige instructeurs staan in verbinding met de beheerder en indien gewenst kunnen zij elkaar informeren.
      • Indeling van de baan in verscheidene sectoren.
      • Geen obstakels direct langs de baan.
      • Voldoende ruimte naast de baan en ruime uitloopstroken, waardoor de veiligheid van onderstaande oefeningen gegarandeerd blijft, ook wanneer controleverlies plaatsvindt.

      Oefeningen:
      Het oefenterrein wordt gebruikt voor het aanleren van basisvaardigheden zoals:

      • Diverse stuuroefeningen, waaronder het uitvoeren van haakse bochten.
      • Diverse remoefeningen op een droog/glad wegdek, waaronder een kennismaking met de stopafstand bij 50 en 100 km per uur.
      • Diverse noodremmingen bij snelheden oplopend tot 100 km per uur op een droog wegdek, met en zonder gebruikmaking van het Anti Blokker Systeem.
      • Krachtenbeheersing, rijden van bochten met verschillende bochtstralen en de daarbij behorende kijktechniek.
      • Kennismaking met over- en onderstuur.
      • Demonstratie van het in een bocht met het belaste wiel de berm in rijden.
      feedback