Hoe kan ik rijden met diabetes?

Tips voor het rijden

U wilt natuurlijk veilig de weg op. Om u daarbij te helpen, zetten we hier een aantal tips op een rij.

Wat kan ik doen om veilig te rijden met diabetes?

  • Bespreek het rijden met uw arts of diabetesverpleegkundige. Zij kunnen u helpen om in te schatten of het veilig is om de weg op te gaan. En of het misschien verstandig is om een beoordeling te vragen aan het CBR.
  • Leer hypo’s herkennen. Een hypo is bij iedereen verschillend. Maar meestal kunt u hypo’s herkennen aan bleek worden, zweten, trillen, wazig zien, een hongergevoel en hartkloppingen.
  • Probeer hypo’s te voorkomen door regelmatig uw bloedglucosewaarde te controleren.

Wat heb ik nodig tijdens een rit?

  • Uw prikpen, bloedglucosemeter en teststrips. Daarmee kunt u zelf uw bloedglucosewaarde controleren.
  • Een flesje energiedrank. Deze drankjes verhogen snel uw bloedglucosewaarde. Leg het drankje binnen handbereik.
  • Uw diabetespas en medicijnkaart. Berg deze op bij uw rijbewijs of in uw portemonnee.
  • Uw mobiele telefoon.
  • Als u insuline gebruikt: uw insulinepen en eventueel glucagon.

Wat kan ik doen voordat ik ga rijden?

  • Meet uw bloedglucosewaarde voordat u gaat rijden. Zorg dat die tussen de 6 en 12 millimol per liter is. Heeft u lang niet gegeten? Meet uw bloedglucosewaarde dan 2 keer: een half uur voor vertrek en vlak voordat u gaat rijden. Zo ziet u of de waarde daalt.
  • Als uw bloedglucosewaarde te laag is vlak voordat u gaat rijden, eet of drink dan bijvoorbeeld druivensuiker, limonadesiroop of frisdrank. Eet daarna direct een boterham of andere traagwerkende koolhydraten om de bloedglucosespiegel op peil te houden.
  • Rijden er mensen met u mee? Vertel ze dan dat u diabetes heeft, hoe ze een hypo kunnen herkennen en wat ze kunnen doen als u een hypo krijgt.

Welke situaties verstoren mijn bloedglucosewaarde?

  • Rijden. Omdat rijden veel concentratie kost, kunnen uw bloedglucosewaarden dalen.
  • Een zware verkoudheid of griep verhoogt de bloedglucosewaarde.
  • Stress en emoties. Meestal verhogen die uw bloedglucosewaarde.
  • Temperatuurschommelingen.
  • Een onregelmatig leef- en eetpatroon.
  • Lichamelijke inspanning. Uw bloedglucosewaarde wordt hierdoor lager.
  • Een verandering in uw medicatie.
  • Is één of meer van deze situaties op u van toepassing? Bereid dan u extra goed voor op uw rit. En bedenk goed of het wel verstandig is om te gaan rijden.

Waar kan ik op letten tijdens het rijden?

  • Neem minimaal elke 2 uur pauze tijdens het rijden.
  • Controleer dan ook uw bloedglucosewaarde.
  • Zorg dat deze waarde tussen de 6 en 12 millimol per liter is, voordat u weer gaat rijden.

Wat doe ik als ik een hypo voel aankomen tijdens het rijden?

  • Eet of drink meteen iets met snelwerkende koolhydraten, zoals druivensuiker, limonade of frisdrank.
  • Stop daarna zo snel mogelijk op een veilige plek. Op snelwegen is dit bijvoorbeeld bij een tankstation, wegrestaurant of parkeerplaats.
  • Staat u op een veilige plek? Meet dan uw bloedglucosewaarde. Als het nodig is, eet dan een boterham of andere traagwerkende koolhydraten.
  • Meet uw bloedglucosewaarde nog een keer voordat weer gaat rijden.
  • Rijd pas verder als uw bloedglucosewaarde tussen de 6 en 12 millimol per liter is.