In 2017 is de nieuwe richtlijn EU 2017/2397 ‘Erkenning beroepskwalificaties in de binnenvaart’ gepubliceerd.
Deze richtlijn zorgt onder andere voor gelijke competenties waarover de bemanning van binnenvaartschepen binnen de EU moet beschikken. Dit geldt ook voor de beroepen schipper (management level) en matroos (operational level). Eén van de voordelen hiervan is dat de bemanning voor alle scheepvaartwegen van de Europese lidstaten uitwisselbaar is, ook voor de Rijn, de Waal en de Lek.
Door de nieuwe richtlijn veranderen de huidige binnenvaart theorie- en praktijkexamens. Met ingang van 17 januari 2022 moeten alle Europese lidstaten dezelfde competenties toetsen in theorie- en praktijkexamens. Deze examens leiden uiteindelijk tot een EU of CCR kwalificatiecertificaat. Het EU of CCR kwalificatiecertificaat gaat de bestaande vaarbewijzen vervangen. Net als de huidige vaarbewijzen, wordt de uitgifte van het EU of CCR kwalificatiecertificaat verzorgd door het CBR.
Er wordt met het ministerie Infrastructuur en Waterstaat (IenW) nog gesproken over details voor de uitvoering van de examens en eventuele overgangsregelingen. Daarnaast wordt de richtlijn vertaald naar nationale wet- en regelgeving. Ondertussen werkt het CBR aan de ontwikkeling van nieuwe examens die voldoen aan de richtlijn. In het stroomschema staan de instroomeisen en de trajecten om de EU of CCR kwalificatie voor schipper of matroos te halen.
Zodra er meer bekend is over de nieuwe examens en eventuele overgangsregelingen, wordt deze pagina aangevuld.
Op de website van de Rijksoverheid leest u meer over de nieuwe bekwaamheidseisen vanaf 2022.