Reactie CBR op publicatie AD over aanrijding met dodelijke afloop van een motoragent

Reactie CBR op publicatie AD over aanrijding met dodelijke afloop van een motoragent

Het CBR heeft kennis genomen van de publicatie in het AD over de vreselijke gebeurtenis op 7 juli waarbij een motoragent om het leven kwam als gevolg van een aanrijding met een vrachtwagen.

Op het moment dat het CBR op de hoogte werd gebracht van deze gebeurtenis is direct een intern onderzoek gestart wat er bij het CBR over de chauffeur bekend was en hoe het CBR in deze heeft gehandeld.

Het CBR heeft de mededelingen die ontvangen zijn van de politie met betrekking tot deze casus destijds in behandeling genomen maar kan daar verder geen inhoudelijke informatie over verstrekken, ook in het belang van de strafrechtelijke procedure die reeds in gang is gezet. In zijn algemeenheid geldt dat het CBR handelt op basis van mededelingen die zij van de politie (of anderen) ontvangt. Dat is een procedure die wettelijk zo geregeld is en een formeel traject betreft wanneer er een vermoeden is dat iemand ongeschikt is om een voertuig te besturen. In het geval dat er meerdere mededelingen zijn die vlak na elkaar bij het CBR binnenkomen en waarbij het gemelde feit een vergelijkbaar karakter heeft kunnen mededelingen worden samengevoegd. Op basis van de aard van de mededeling(en) kan het CBR een maatregel opleggen. Dit kan zijn een cursus, een onderzoek naar de rijvaardigheid of een medisch specialistisch onderzoek. Feiten die niet zijn gemeld bij het CBR en die dus niet bekend zijn, kunnen niet meegenomen worden in de maatregel die wordt opgelegd.

Wanneer een medisch specialistisch onderzoek wordt opgelegd, wordt de betrokkene door het CBR verwezen naar een onafhankelijke externe specialist die dit soort keuringen kan verrichten. Dat is bijvoorbeeld een psychiater die een onderzoek verricht in verband met een vermoeden van ongeschiktheid met betrekking tot psychisch functioneren, cognitief functioneren, bewustzijnsstoornissen, etc. De externe specialist krijgt van het CBR alle relevante feiten die in de mededeling(en) gemeld zijn.

Op basis van het rapport van de externe specialist met de vastgestelde medische toestand en het bijbehorende advies neemt een medisch adviseur van het CBR ten slotte een besluit over de rijgeschiktheid. Dit alles binnen de kaders van wet- en regelgeving.

Er zijn in 2020 1766 medisch specialistische onderzoeken opgelegd. Op basis daarvan is in 70 % van deze gevallen tot ongeldigverklaring van het rijbewijs besloten. Dat betekent dat hun rijbewijs niet langer geldig is en dat zij pas weer in bezit van een geldig rijbewijs kunnen komen als zij door middel van het ondergaan van eenzelfde specialistisch onderzoek aantoonbaar geschikt verklaard kunnen worden.