Weer de weg op met een hartaandoening

(0:45 – 02:50) Benauwdheid zorgt ervoor dat Jos even op controle gaat bij de huisarts

Op de bijrijdersstoel vertelt Jos over zijn Implanteerbare Cardioverter Defibrillator (ICD). Een apparaat waar Jos voor 2013 nog nooit van had gehoord. Nu speelt de ICD een onmisbare rol in zijn leven. De aanleiding? Benauwdheid. In 2013 merkt Jos dat hij tijdens het liggen in bed of op de bank, niet diep kan in- en uitademen. Aanleiding voor Jos om naar de huisarts te gaan. De huisarts heeft direct door dat het niet goed is en geeft aan dat Jos zijn auto even moet laten staan. Zijn vrouw brengt hem naar het ziekenhuis en nog geen uur later ligt Jos op de afdeling cardiologie. Het leven van Jos zal nooit meer hetzelfde zijn.

(02:51 – 05:44) Jos is hartpatiënt geworden en dat heeft invloed op zijn mobiliteit

Wat er na de opname gebeurt, gaat allemaal erg snel. Een ICD wordt geplaatst die het hartritme van Jos bijhoudt. Dat Jos nu hartpatiënt is, heeft ook invloed op zijn mobiliteit. Na het plaatsen van de ICD mag Jos 2 maanden niet autorijden. Hij realiseert zich pas hoe afhankelijk hij is van zijn auto als hij een lange tijd niet deelneemt aan het verkeer.

(05:23 – 06:54) Twee maanden na het plaatsen van de ICD komt Jos in aanraking met het CBR

Tegenwoordig mag je 2 weken na het plaatsen van een preventieve ICD weer autorijden. Voor Jos was dat in 2013 anders. Onder de oude regelgeving mocht hij pas na 2 maanden de weg weer op. Jos vertelt aan Alexander dat het verplicht is om een gezondheidsverklaring in te vullen, waarin je als hartpatiënt verklaart dat je hartproblemen hebt. Daarnaast moet de cardioloog verklaren in welke klasse jouw gezondheidsrisico valt. De hartproblematiek van Jos valt in groep 1. Gelukkig, want dit is de groep die de minste beperkingen heeft bij het rijden. Maar er zijn meerdere groepen. Val je bijvoorbeeld in groep 2? Dan mag je helemaal niet meer deelnemen aan het verkeer.

(06:55 – 08:24) Wat is de rol van het CBR?

Maar wat is de rol van het CBR als je erachter komt dat je door je hartziekte rijongeschikt raakt? Moet je bijvoorbeeld een test doen? Volgens Jos was er in 2013 nog weinig informatie en hulp beschikbaar vanuit het CBR. Met zijn ervaring vanuit patiëntenvereniging STIN is dat nu heel erg anders en veel beter geregeld. Want het is toch knap ingewikkeld dat je eigenlijk wel een geldig rijbewijs hebt, maar toch rijongeschikt bent volgens de cardioloog. Jos gaat zelf op onderzoek uit.

(08:25 – 09:08) De rol van de ICD

Intussen is de oude ICD van Jos alweer vervangen voor een nieuwe en betere variant. Zijn ICD gaat ongeveer 10 jaar mee. Jos vertelt over de werking van zijn ICD. Zo vertelt hij bijvoorbeeld dat zijn ICD gaat pacen als zijn hartslag boven een bepaalde waarde uitkomt. Zo voorkomt de ICD dat er iets mis gaat.

(09:09 – 10:40) Privé- en zakelijk rijden met een hartziekte

Jos heeft een aangepast rijbewijs, hij heeft namelijk code 100. Dit is een code die wordt toegekend aan mensen die een hartaandoening hebben, maar nog wel mogen autorijden voor privédoeleinden. Zo heeft Jos zelfs nog een tijdje terug met vrienden een autorit gemaakt naar Zuid-Frankrijk. Heb je een hartziekte of een andere aandoening en heb je een auto nodig voor je werk? Dan krijg je code 101. Jos legt de verschillen uit en waarom de mensen met code 101 niet altijd zo blij zijn met deze toekenning.

(10:54 – 12:55) Waar moet je rekening mee houden als je gaat rijden met een hartziekte?

Mensen zonder hartziekte hebben een rijbewijs dat 10 jaar geldig is. Als je een aandoening hebt, verloopt je rijbewijs na 5 jaar en moet je dus om de 5 jaar gekeurd worden. Jos zit bij de patiëntenvereniging STIN en helpt anderen met een hartziekte op weg met o.a. informatie over rijden met een hartkwaal. Alexander vraagt aan Jos wat nu de meest gestelde vragen zijn die Jos krijgt omtrent rijden met een hartziekte. Veel mensen zijn benieuwd hoe lang het gehele traject duurt voordat je weer mag autorijden.

(12:56 - 15:10) Hoe is het voor de omgeving van Jos om bij hem in de auto te stappen?

Jos vertelt dat zijn omgeving geen moeite heeft om bij hem in de auto te stappen. Ze voelen zich er niet onveiliger door. Daarnaast wil Alexander weten of je verplicht bent om te melden dat je rijdt met een ICD als je bijvoorbeeld voor vrijwilligerswerk mensen vervoert die dit niet weten. Jos geeft als advies dat het altijd goed is om het te melden aan het bestuur van de vereniging.

(15:11 – 16:51) De eerste keer achter het stuur met een ICD

Nadat Jos zijn ingreep heeft gehad en bij het CBR is geweest, mag hij weer voor de eerste keer achter het stuur. Alexander vraagt zich af hoe zo’n eerste rit is. Jos geeft aan dat hij het best spannend vond en het na twee maanden ook wel weer even wennen is. Maar hij voelde zich nog steeds erg veilig en het voelde zeker niet als een beperking, omdat hij gewoon nog mocht autorijden

(17:40 – 19:35) Alexander belt met Ruud Bredewoud, Hoofd Medische zaken bij het CBR

Alexander zit, naar aanleiding van het gesprek met Jos, toch nog met een aantal vragen over hoe het is om te rijden met een ICD. Hij belt Ruud, hoofd medische zaken bij het CBR, op en vraagt hem om nog eens uit te leggen wat het verschil is tussen de code 100 en 101 op je rijbewijs. Ruud legt uit dat dit verschil voornamelijk zit in het autorijden voor privé of zakelijke doeleinden. Zo mag je met code 101 bijvoorbeeld nog maar vier uur zakelijk autorijden en moet je je werkgever van je aandoening op de hoogte stellen. Met code 100 mag je voor privéritten gewoon rijden, maar is het je eigen verantwoordelijkheid om niet te lang te rijden.

(19:36 – 20:22) De regelgeving is gedurende de jaren veranderd

Er is steeds meer informatie voorhanden. Hierdoor is gedurende de jaren de regelgeving op het gebied van rijden met een hartaandoening ook veranderd. Zo geeft Ruud bijvoorbeeld aan dat je in het begin van de ICD helemaal geen auto meer mocht rijden. Daarna mocht je enkel nog voor privégelegenheden autorijden en tegenwoordig zelfs beperkt voor zakelijke doeleinden. Daarnaast geeft Ruud aan dat ook de wachttijden na het implementeren van de ICD veel korter zijn geworden. Tegenwoordig mag je na het plaatsen van een ICD in veel gevallen al binnen enkele weken achter het stuur, waar dat voorheen bijna vier maanden was.

(20:24 – 21:02) De samenwerking tussen patiëntenverenigingen en het CBR

Alexander geeft aan dat hij van Jos gehoord heeft dat er heel veel informatie voorhanden is op de website van het CBR en patiëntenverenigingen, waaronder STIN, maar dat mensen toch graag persoonlijk contact hebben over dit onderwerp. Ruud geeft aan dat het CBR deze ervaring ook heeft, en dat door de goede samenwerking tussen STIN en het CBR veel informatie beschikbaar is waar mensen goed mee geholpen zijn.

(21:03 – 22:34) Wat kan het CBR betekenen voor mensen die moeten rijden met een aandoening?

Ruud legt uit dat het CBR bereikt heeft dat de keuring, die één keer in de vijf jaar moet plaatsvinden, tegenwoordig door de eigen behandelend cardioloog gedaan kan worden. Zij hebben alle gegevens bij de hand, waardoor het erg snel gaat én zij doen het ook nog eens gratis.

Ruud vertelt ook dat het CBR zich hard gemaakt heeft om de wachttijden voor mensen die willen varen met een ICD in te korten. Voorheen mocht je bijvoorbeeld na twee weken wel autorijden, maar nog niet achter het stuur van je boot plaatsnemen. Alexander bevestig nog een keer dat mensen die op zoek zijn naar informatie zowel bij het CBR als bij patiëntenvereniging terecht kunnen. Ruud is erg blij met de goede samenwerking tussen het CBR en de STIN.

(22:54 – 23:00) Rijd je de volgende keer ook mee?

Alexander hoop dat deze aflevering voor jou net zo informatief is geweest als voor hem. De volgende aflevering spreek hij met een partner van iemand met een aandoening. Benieuwd hoe dat gaat? Houd deze pagina in de gaten!